In juni kreeg een vrouwelijk wild zwijn haar laatste rustplaats op een afgelegen plekje in het Limburgse natuurgebied. Het beest was daar neergelegd in het kader van het initiatief Dood doet Leven, waarbij kadavers onderdeel van de voedselketen uitmaken en waar andere dieren weer van kunnen leven. Natuurorganisaties hopen daarmee op de terugkeer van zeldzame aaseters.

Ruim drie maanden later was er van het kadaver - dankzij kraaien, aasvliegen en -kevers - weinig meer over, maar wel viel een aantal paddenstoelen op. Daaronder was de dwergvaalhoed. Die staat op de Rode Lijst als bedreigd. Tussen 2000 en 2007 is de soort met 75 procent afgenomen ten opzichte van de periode 1900 tot 1983.

Kadavers in de natuur zorgen voor een snelle en sterke toename van voedingsstoffen in de bodem. Planten weten daar niet zo goed mee om te gaan, maar organismen als paddenstoelen profiteren ervan.