Berekenen nieuwe AOW-leeftijd niet zo simpel
DEN HAAG (ANP) – De leeftijd waarop Nederlanders AOW ontvangen, gaat volgend jaar voor het eerst in meer dan 55 jaar omhoog. De verhoging gaat zelfs nog iets sneller dan aanvankelijk de bedoeling was. Deze week besloten de beoogde regeringspartijen VVD en PvdA er een schepje bovenop te doen. Dat is volgens hen nodig om de oudedagsvoorziening op termijn betaalbaar te houden en de economie en overheidsfinanciën gezond te maken.
Het optrekken van de AOW-leeftijd, nu nog 65 jaar, gebeurt in stapjes. In 2013 komt er 1 maand bij, het jaar erop weer 1 en in 2015 weer 1. Daarna worden de jaarlijkse stapjes wat groter. In 2018 komt de AOW-leeftijd uit op 66 jaar. Daarna volgt een verdere stijging, zodat de ingangsdatum in 2021 67 jaar bedraagt.
Maar het systeem is minder simpel dan het op het eerste gezicht lijkt. Om praktische redenen is ervoor gekozen de AOW-leeftijd maar één keer per jaar aan te passen. De geboortemaand bepaalt daardoor het moment waarop iemand recht op AOW ontvangt. Om een voorbeeld te geven: iemand die in december 2013 65 wordt, moet niet 1, maar 2 maanden langer wachten op zijn AOW-uitkering. Door de pensioenleeftijdverhoging van 2013 (1 maand) komt hij namelijk uit in 2014 en dat betekent een maand extra.
Het ministerie van Sociale Zaken zet volgende week een AOW-rekenmodelletje op zijn website, laat een woordvoerder weten. Iedereen die dat wil weten, kan dan in één oogopslag zien wanneer de pensioenleeftijd wordt bereikt.
Overigens is het na 2021 nog niet afgelopen met de verhoging van de AOW-leeftijd. Het is de bedoeling dat die in de jaren daarna stijgt met de levensverwachting.