Erwin L. wraakte het hof half september, juist op het moment dat de aanklager aan zijn requisitoir wilde beginnen. Hij voerde acht redenen aan en zei onder andere dat politie en justitie zijn rechtszaak saboteren zonder dat het hof daar wat aan deed. Omdat de rechters koninklijk worden benoemd, zouden ze al om die reden niet onpartijdig zijn.

Maar uit niets blijkt dat rechters partijdig zijn, oordeelde de wrakingskamer. Bovendien waren alle redenen die L. aanvoerde al lang en breed bekend voor de zitting. „Een wrakingsverzoek is dan te laat”, aldus het hof.

De rechtbank veroordeelde L. eerder omdat hij op Prinsjesdag 2010 een waxinelichthouder naar de gouden koets gooide. De rechters wilden dat hij zich gedwongen zou laten opnemen in een psychiatrisch ziekenhuis. Tegen dit vonnis ging hij in hoger beroep bij het hof.

L. vindt dat koningin Beatrix onrechtmatig op de troon zit. Daarom kwam hij tot zijn daad, zei hij eerder.