Moszkowicz overweegt klacht tegen deken
HILVERSUM (ANP) – Advocaat Bram Moszkowicz overweegt een klacht in te dienen tegen de deken van de Amsterdamse Orde van Advocaten, Germ Kemper. De strafpleiter, tegen wie Kemper een tuchtzaak heeft aangespannen, voelt zich buitengewoon onheus behandeld door de deken. „Een deken onwaardig”, aldus Moszkowicz zondag in het tv-programma Brandpunt.
Vooral het feit dat Kemper in het kader van de tuchtzaak heeft gezegd dat de beklaagde raadsman geen „intrinsiek slecht mens” is, is Moszkowicz in het verkeerde keelgat geschoten. De kwalificatie „heeft een lading, ik gebruik hem in mijn boek als het over Auschwitz gaat”, aldus Moszkowicz. De advocaat publiceerde eerder dit jaar een boek waarin hij onder meer schrijft over zijn vader, die concentratiekamp Auschwitz overleefde. Moszkowicz vindt het „abject en infaam” dat Kemper de woorden heeft gebruikt.
Volgens Moszkowicz heeft Kemper altijd een hekel aan hem gehad. Hij wees hierbij op columns die Kemper jaren geleden onder het pseudoniem Lex Dura in weekblad Vrij Nederland schreef. Moszkowicz vindt dat Kemper tijdens de tuchtzaak afgelopen dinsdag bij de Raad van Discipline „fel, ongeremd en ongepast” tegen hem tekeer is gegaan. Moszkowicz bleef om principiële redenen van die zitting weg.
De raadsman vermoedt dat de tuchtzaak mede een wraakoefening is van de Amsterdamse rechtbank, omdat hij enkele jaren geleden een vonnis publiekelijk „abject en infaam” heeft genoemd (in een zaak die hij van journalist Jort Kelder verloor). De rechtbank en de deken hebben veel contact met elkaar, aldus Moszkowicz in Brandpunt. „Het zijn niet mijn vrienden.” De advocaat ontwaart „een sentiment bij de rechtbank en de advocatenorde dat niet fris is”.
De tuchtzaak van Moszkowicz draait onder meer om de aantijging dat hij tegen de regels in niet meldt dat cliënten hem grote bedragen contant betalen. Kemper vindt dat Moszkowicz zich tijdens de zitting bij de raad had moeten verweren, niet in de media. Zondag wilde Kemper in het programma Buitenhof alleen kwijt dat hij vindt dat Moszkowicz de zaak „erg persoonlijk” maakt.