Het openbaar ministerie eiste straf voor acht feiten met zeven jongens.

De opgelegde straf, twee jaar cel en tbs, is even hoog als geëist door de officier van justitie. Dat komt onder meer vanwege de impact op de slachtoffers en de samenleving.

Bij de politie had W. verklaard de afgelopen veertig jaar met zeker honderd jongens in de leeftijd van 12 tot 18 jaar ontuchtige handelingen te hebben gepleegd of laten plegen, maar veel zaken waarover het OM verklaringen had, waren inmiddels verjaard.

Van alle misbruikte jongeren deden er vorig jaar uiteindelijk drie aangifte. Het misbruik duurde van eind jaren zestig van de vorige eeuw tot 2011 en vond plaats op afgelegen wegen, bij de jongens of bij W. thuis of in de auto. De jongens werden gelokt met geld, snoep, bier en bel­tegoed.

Binnen de gemeenschap van Westkapelle waren de praktijken van W. publiek geheim. Ouders waarschuwden hun kinderen, maar ondernamen verder niets.

Toen de zaak in februari naar buiten kwam, reageerde het dorp gelaten. De rechtbank tekent in het vonnis aan dat het „bijna niet voor te stellen” is dat W. zo lang en zo vaak met zo veel jongens ontucht heeft kunnen plegen, in en om Westkapelle, terwijl hij ook nog eens eerder veroordeeld is voor soortgelijke feiten.

Volgens deskundigen lijdt W. aan een seksuele stoornis.