Historicus: Jezus heeft zich vergist in het voorspellen van de eindtijd
Prof. Leupen (emeritus hoogleraar middeleeuwen aan de Universiteit van Amsterdam) publiceerde diverse lezenswaardige boeken over de verhouding van kerk en staat door de eeuwen heen. Dit boek is een merkwaardige uitzondering. Hij poneert de stelling dat het christendom gebaseerd is op de vooronderstelling dat Jezus Zich heeft vergist in het voorspellen van een eindtijd, Zijn wederkomst. Jezus zou binnen één generatie terugkomen, zo beloofde hij immers na Zijn hemelvaart.
Rond de jaren 90-100, toen het evangelie van Johannes was geschreven, was al duidelijk geworden dat Jezus’ voorspelling niet in vervulling was gegaan. Men nam afstand van de letterlijke interpretatie en verplaatste de wederkomst van de Mensenzoon en Gods Koninkrijk naar de verre toekomst. Daarvoor waren Petrus en Paulus verantwoordelijk. Augustinus schiep de gedachte dat met de eerste komst van Jezus de eindtijd al is begonnen. Omdat de wederkomst uitbleef, ging de christelijke kerk vanaf de vierde eeuw zich steeds meer op deze aarde concentreren, onder meer door het instellen van de sacramenten.
Leupen schrijft als historicus en niet als theoloog over dit onderwerp. Dat maakt ook het beperkte van zijn onderzoek openbaar. Hij wijst terecht op het feit dat het apocalyptische en Messiaanse gehalte van de christelijke boodschap door de officiële kerk vaak is losgelaten. Een kerk die niet meer leeft uit de wederkomst is aan deze aarde geklonken. Maar om deze wederkomst als een illusie en vergissing te zien, is een brug te ver en historisch niet hard te maken.
Boekgegevens
”De vergissing van Jezus. Het uitblijven van Zijn koninkrijk en de gevolgen”, Piet Leupen; uitg. Bert Bakker, Amsterdam, 2012; ISBN 978 90 351 3744 8; 304 blz.; € 22,50.