Ontslagen Britse christenen zoeken recht bij Europees hof
STRAATSBURG – Vier Britse christenen zijn dinsdag naar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens gestapt, omdat zij menen dat hun recht op godsdienstvrijheid is aangetast.
Het gaat om twee vrouwen die zijn ontslagen omdat ze het kruisje dat ze droegen weigerden af te doen, een weigerambtenaar, en een relatietherapeute die weigerde homoseksuelen te behandelen.
De vier, die los van elkaar een zaak aanspanden tegen hun voormalige werkgevers, werden in alle gevallen door de rechter in het ongelijk gesteld. Eerder dit jaar stelde de Britste commissie voor gelijkheid en mensenrechten dat de rechtbanken correct hebben geoordeeld in de ontslagzaken van de relatietherapeut en de weigerambtenaar.
Over de zaken van de twee vrouwen die kruisjes droegen op het werk –bij British Airways en in een ziekenhuis– was de commissie minder stellig. De rechters hebben „misschien niet genoeg gewicht toegekend” aan artikel 9 van de Europese conventie over mensenrechten, concludeerde ze. Dit artikel gaat over het recht op vrijheid van religie.
Dat de zaken nu voorliggen bij het Europees hof wordt in Groot-Brittannië gezien als een mijlpaal. Voor christenen omdat ze menen dat ze steeds vaker worden gediscrimineerd. Maar ook voor voorvechters van gelijke rechten, die juist strijden tegen wat zij noemen „religieuze voorrechten.”
Het Europees hof in Straatsburg begon dinsdag met behandeling van de vier zaken.