De regering van de Curaçaose premier Gerrit Schotte moet al voor 1 september een bedrag vinden van 25 miljoen euro. Verder moet een tekort van 45 miljoen euro uit eerdere jaren worden weggewerkt. In totaal moet het land 70 miljoen euro bezuinigen. Het land mag bovendien geen nieuwe leningen aangaan zolang de begroting niet op orde is.

Schotte vond de officiële aanwijzing niet nodig en dubbelop. Volgens Schotte is zijn regering bezig met 16 hervormingen en is er al voor 14 miljoen euro bezuinigd. Het tekort is volgens hem bovendien maar ongeveer half zo hoog.

„De aanwijzing verandert voor ons niks. We zijn dit al aan het doen, dit was niet nodig”, zei Schotte. Schotte kondigde aan tegen de aanwijzing in beroep te gaan bij de Raad van State. Een opschortende werking heeft dat echter niet.

Premier Mark Rutte noemde het besluit vrijdag „een zware beslissing” en een zwaar, maar noodzakelijk middel. Het tekort ligt volgens minister Liesbeth Spies (Koninkrijksrelaties) tussen de 7 en 10 procent van het bruto binnenlands product van Curaçao. Dat tekort is opgebouwd in nog geen twee jaar. Toen Curaçao in oktober 2010 een autonoom land werd binnen het Koninkrijk der Nederlanden nam Nederland de Curaçaose staatsschuld van 860 miljoen euro over.

„Het is in het belang van de Curaçaose bevolking dat dit verandert. Het gaat om hun toekomst”, zei Rutte. „We zien dat Curaçao zich inspant in eigen huis orde op zaken te stellen, maar we zien ook dat de noodzakelijke besluiten niet genomen zijn”, zei Spies.

Rutte waarschuwde dat als Curaçao de begroting niet op orde krijgt, het land te maken kan krijgen met steeds hogere rentes op de financiële markten. Daar wordt de bevolking de dupe van. En Nederland zal niet weer financieel bijspringen, gaf Rutte aan. „In 2010 hebben we voor de laatste keer een overboeking gedaan. Vroeger kon er nog wel eens worden bijgeplust, maar dat zal nooit meer gebeuren.”