Indonesië maakt zich niet zo druk over executies
JAKARTA – In Nederland hebben de foto’s van executies door Nederlanders tijdens politionele acties in Indonesië dinsdag veel stof doen opwaaien. Maar Indonesië heeft het te druk met andere kwesties om zich er boos over te maken. „We weten dat het een bloedige tijd was.”
De Indonesische media hebben het te druk met de gouverneursverkiezingen in Jakarta van vandaag. Ruim 7 miljoen inwoners van de Indonesische hoofdstad gaan naar ruim 15.000 stembussen. De gouverneursverkiezing is een belangrijke generale repetitie voor de presidentsverkiezingen van 2014.
Bovendien heeft de Indonesische president Yudhoyono de Duitse bondskanselier Merkel op bezoek. Slechts de populaire nieuwswebsite Detikcom heeft een ”bericht uit Den Haag”, met de twee foto’s die dinsdag op de voorpagina van de Volkskrant prijkten.
’s Ochtends levert het artikel ruim tachtig reacties van lezers op. Maar er is te veel aan de hand in de eilandenrepubliek. En iedereen weet dat de Nederlanders geen schone handen hadden. „De Nederlanders noemen het de politionele acties, terwijl wij in Indonesië het als een bloedige onafhankelijkheidsstrijd zien”, zegt historicus Asvi Warman Adam van het Indonesische Instituut van Wetenschappen (LIPI). „Dat meningsverschil zullen we blijven houden. Maar deze foto’s zijn een verrijking van de discussie, omdat ze aantonen dat er wel degelijk hard is gevochten en het er bloedig aan toeging.”
Het vak geschiedenis is weliswaar slecht vertegenwoordigd in het Indonesische onderwijssysteem, maar de meeste Indonesiërs weten dat Nederland de archipel 350 jaar koloniseerde. Gruwelijke details zoals op de gepubliceerde foto’s te zien zijn, lijken Indonesië anno 2012 nauwelijks te schokken. Veel mensen kiezen ervoor om in hun reactie op het nieuws vanuit Nederland een verband te leggen met de huidige staat van de voormalige Nederlandse kolonie. „Vroeger was het Nederland, nu zijn we het zelf die de Indonesiërs vermoorden. Met corruptie”, zo schrijft iemand op de website van detikcom. De meeste Indonesiërs lijken zich vooral te ergeren aan de situatie in hun land.
De Indonesische ambassadeur in Den Haag waarschuwde eerder deze maand in De Telegraaf dat Nederland niet met het vingertje moet wijzen naar de Indonesische mensenrechtensituatie. Ze reageerde op het veto van de Tweede Kamer over de verkoop van tachtig Leopardtanks aan het Indonesische leger. Toch zijn de Indonesische reacties op de beslissing van Nederland mild en is de aankoop ook in Jakarta omstreden. „De Leopardkwestie gaat om geld en zaken. Historie en hypocrisie spelen hierbij geen rol”, aldus historicus Warman Adam.
Ook in historische discussies lijkt Indonesië vooral kritisch op zichzelf. Indonesische mensenrechtenorganisaties onderzoeken de massamoorden in 1965 en 1966, toen het Indonesische leger talloze leden van de communistische partij PKI uitroeide op Bali en Java. Die zaak ligt vele malen gevoeliger dan het koloniale verleden.