Verkiezingsdebat Romney en Obama gaat vooral over economie
CLEVELAND – De Amerikaanse politicus Mitt Romney kruipt in de peilingen steeds dichter naar president Obama toe. Met nog een paar voorverkiezingen te gaan, spitst het debat tussen beide rivalen zich vooral op de economie toe.
Obama en Romney voerden donderdag tegelijkertijd campagne in dezelfde staat. Beiden reisden af naar Ohio, een belangrijke ”swing state”, een staat met veel zwevende kiezers.
Aan de vooravond van het bezoek van beide politici aan Ohio keurde het ministerie van Energie een federale investering van 350 miljoen dollar goed voor een nucleaire verrijkingsinstallatie in het zuiden van Ohio. Dat plan had Obama al in zijn verkiezingscampagne van 2008 gesteund, en nu kon hij de inwoners van het dorpje Piketon vertellen dat hij zijn belofte gehouden heeft. De fabriek zal te zijner tijd goed zijn voor 4000 extra arbeidsplaatsen, in een staat waar het werkloosheidspercentage toch al een procent lager ligt dan het landelijk gemiddelde.
Dat was een streep door de rekening van Romney, die zijn tegenspeler er voortdurend van beschuldigt zijn beloften niet waar te maken. De Republikein legt steeds de vinger bij het enorme begrotingstekort dat Obama heeft opgebouwd. „Hij is verantwoordelijk voor een historische toename van de schuld van ons land – jaar na jaar biljoenen aan tekorten”, aldus woordvoerder Ryan Williams deze week in een verklaring.
Obama wijst er op zijn beurt op dat hij de slechte economie en de crisis van zijn Republikeinse voorganger George W. Bush heeft geërfd. En Amerika kan het zich simpelweg niet veroorloven terug te gaan naar de situatie van vier jaar geleden, aldus Obama.
Op 26 juni hebben de laatste voorverkiezingen plaats in de staat Utah. Eind augustus houden de Republieken hun Conventie in Tampa, Florida. Enkele dagen later volgen de Democraten in Charlotte, North Carolina. Op die bijeenkomsten worden de definitieve presidentskandidaten van beide partijen aangewezen.
In oktober volgen drie nationale televisiedebatten tussen beide kandidaten en een debat tussen de kandidaten voor het vicepresidentschap.
Hoewel beide heren elkaar de meest grove fouten en beleidsvoornemens verwijten, is de toon van het debat tussen hen tot nu toe redelijk gematigd geweest. Dit in tegenstelling tot eerdere Amerikaanse verkiezingsdebatten, waarin kandidaten volop met modder naar elkaar gooiden.
De toonzetting mag dan niet ruw of onfatsoenlijk zijn, de boodschap is doorgaans maar al te duidelijk. Recent noemde Obama Romney een „vaderlandslievende Amerikaan die een prachtig gezin heeft opgevoed. Romney mag trots op zijn behaalde successen zijn.” Direct daarop volgde echter: „Hij heeft de verkeerde lessen uit deze ervaringen getrokken. Als ik hoor dat gouverneur Romney zegt dat 25 jaar in de private sector hem het juiste begrip over de hoe de economie werkt hebben bijgebracht, dan is mijn vraag: waarom houd je er dezelfde slechte ideeën op na die onze economie te gronde richten?”
Romney liet er geen gras over groeien. „Als president Obama zegt dat op verantwoorde wijze met de begroting is omgegaan, is dat hetzelfde als zeggen dat de afname van het aantal banen en de recordwerkloosheid laten zien dat het goed met ons gaat”, repliceerde hij tijdens een campagnebijeenkomst.
Ook op het gebied van buitenlands beleid laat Romney weinig heel van Obama’s optreden. Onder andere zijn softe aanpak van Iran is de Republikeinse politicus een doorn in het oog. Als Romney president wordt, zal „Teheran weten dat er een ”new sheriff in town” is.”