Daar stonden verschillende partijen uit de zorgsector stil bij het feit dat de 100e Rotterdammer met een uitkering nu in de zorg aan de slag gaat. Uiteindelijk moeten 1000 mensen vanuit een uitkering in de zorg gaan werken. Ook in vijf andere sectoren, zoals de haven en de horeca moeten uiteindelijk in totaal 10.000 mensen aan een baan worden geholpen.

Florijn doelde op de nieuwe wetgeving die deels al is ingezet, maar door de val van het kabinet deels ook stil kan komen te liggen. „Wij gaan niet langs de zijlijn staan, maar los van de Haagse sores door met mensen kansen bieden en werkgevers helpen om aan hun vraag te voldoen”, aldus Florijn.

Een van die manieren om bijstandsgerechtigden aan het werk te krijgen, is door aan de onderkant van die sectoren ruimte te creëren. Die stimuleert de gemeente door zogeheten leercheques van 300 euro uit te delen aan mensen die aan die onderkant werken, maar met extra opleiding willen doorstromen. „Zo komen er weer banen vrij aan de onderkant”, aldus D66-wethouder Korrie Louwes (arbeidsmarkt).

Het succes van deze operatie ligt vooral in het feit dat er vanuit de werkgever wordt gedacht. Dat is ook de omslag die de klantmanagers bij sociale zaken moeten maken. „De bijstandgerechtigde is eigenlijk geen klant meer, want klanten ben je geneigd vast te houden terwijl je ze juist los moet laten om ze nieuwe kansen te geven”, lichtte Florijn toe. De werkgever is anno 2012 de klant bij sociale zaken, zo is wel duidelijk.