Deel zoveel in het MKZ-dossier Kootwijkerbroek
Het boek over mond-en-klauwzeer (MKZ) in Kootwijkerbroek in 2001 krijgt er deze week een deel bij. Woensdag wordt er in Den Haag opnieuw een hoorzitting gehouden over de kwestie.
Alweer een hoorzitting over MKZ? Er was er toch pas één?
Klopt. Een maand geleden, op 7 maart, troffen juristen van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I) en Kamperveense veehouders elkaar in een hoorzitting. Net als boeren in Kootwijkerbroek stelt de Stichting Geruimde Boerderijen Kamperveen MKZ-2001 dat er in 2001 onterecht dieren zijn geruimd in hun dorp. Het laboratorium vond in de Kamperveense monsters destijds geen smetstof, alleen antilichamen, waarbij ook een onofficiële test werd gebruikt. De veehouders willen „de onderste steen boven hebben” en weten of het ruimingsbesluit op goede gronden werd genomen. Uiterlijk twaalf weken na deze hoorzitting moet staatssecretaris Bleker (EL&I) hierover een uitspraak doen.
De hoorzittingen –ook die over Kootwijkerbroek, morgen– zijn een gevolg van bodemprocedures die veehouders hebben aangespannen. In 2008 concludeerde het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) in verschillende uitspraken dat het ministerie van Landbouw (nu EL&I) het besluit tot ruiming onzorgvuldig heeft genomen en onvoldoende feitenonderzoek verrichtte. De besluitvorming moet over; het labdossier moet worden overlegd en de juistheid van een bepalende uitslagfax beoordeeld. Belangrijke redenering bij de uitspraken vormde het verdedigingsbeginsel. Sinds het Europese Handvest voor de Grondrechten van kracht is, heeft de Nederlandse burger recht op inzage in een onderzoeksdossier, als de overheid dat van hem aanlegt. Dat grondrecht is hier geschonden, volgens de CBb-uitspraak.
Vorig jaar maart was er een hoorzitting met veehouders uit Kootwijkerbroek. Wat zei Bleker toen ook alweer?
Na die hoorzitting, op 18 maart, heeft Bleker geen uitspraak gedaan, oftewel geen beslissing op bezwaar genomen (hoewel dit volgens de wet binnen twaalf weken moet). In plaats daarvan gelastte hij eerst een onderzoek door twee externe experts: Nigel Ferris van het Institute for Animal Health in Pirbright (Verenigd Koninkrijk) en Kris De Clercq van het Veterinary and Agrochemical Research Center in Ukkel (België). Zij kregen de opdracht om de laboratoriumgegevens te evalueren die leidden tot de ruimingen in Kootwijkerbroek.
Na de conclusie van deze deskundigen gaf Bleker de bezwaarmakers (veehouders) de wettelijk verplichte tijd om te reageren op het expertrapport. In oktober schreef hij hierover een brief aan de Kamer. Een nieuwe hoorzitting –die van morgen– kwam in zicht.
Externe experts hebben dus een conclusie getrokken. Dan kan het boek toch dicht?
Toch niet. De experts concluderen dat in 2001 terecht MKZ werd geconstateerd in Kootwijkerbroek. Tegelijk uiten ze flinke kritiek op de gevolgde testprocedure. Wie het document leest, kan moeilijk snappen waarop de conclusie precies is gebaseerd: in het rapport spreken de wetenschappers over een inconsequente benadering bij een belangrijke test, is er onbegrip over besluiten van het laboratorium in 2001 en waren andere redenen niet te herleiden (zoals: waarom sommige nieuwere monsters niet werden verwerkt). En een negatieve testuitslag bleek niet gemeld te zijn.
De Stichting MKZ Crisis Kootwijkerbroek plaatste direct kritische kanttekeningen bij het rapport en noemde „bevindingen en conclusie incongruent.” Bestuurslid L. Jansen: „Opmerkelijk is dat een deel van de bevindingen in de conclusie niet terugkeert, en dat een deel van de conclusie niet terug te vinden is in de bevindingen.” Ook noemt hij de experts niet onafhankelijk: „Dit onderzoek is uitgevoerd in opdracht van de staatssecretaris om zijn positie in de lopende bezwaarprocedure te ondersteunen.”
Ook Bleker bleek er niet gerust op. Iets in het rapport heeft hem „zeer verontrust”, schrijft hij in een Kamerbrief van 22 maart dit jaar. Vooral de negatieve testuitslag baarde hem zorgen. Niet duidelijk was of die uitslag destijds is doorgegeven aan het ministerie. Het ministerie heeft altijd gezegd van niet. Bleker wilde zich ervan vergewissen dat dit klopt, en gaf adviesbureau PricewaterhouseCoopers (PwC) opdracht om dat te onderzoeken.
PwC concludeert dat het ministerie inderdaad niet wist van de negatieve uitslag, en dat het laboratorium die ook niet had hoeven te melden. Een van de aanbevelingen die het bureau verder doet is „oude versies van richtlijnen en formele communicatie van einduitslagen te archiveren voor latere referentie.” Bij de zaak over Kamperveen bleek vorige maand dat laboratoriumvoorschriften voor het uitvoeren van diagnostische tests uit 2001 zijn verdwenen. De werkinstructies waar in detail wordt voorgeschreven hoe een bepaalde test uitgevoerd dient te worden zijn niet vernietigd, meldde Bleker, maar ze zijn digitaal overschreven. Volgens veehouders kan dit betekenen dat de overheid hierdoor niet meer kan voldoen aan de opdracht van het CBb: leveren van het bewijs dat het ruimingsbesluit terecht is genomen.
Voor de Stichting MKZ Crisis Kootwijkerbroek kwam het PwC-onderzoek „volkomen onverwacht.” De minister hoefde de bezwaarmakers ook niet in te lichten, „maar gezien de intensiteit van de contacten tussen ministerie en appellanten in de MKZ-zaak wekt dit onderzoek wel de indruk een spelletje paniekvoetbal te zijn”, aldus bestuurslid L. Jansen van de stichting. Overigens heeft hij al wel een visie op het rapport. „PwC heeft een degelijk stuk werk geleverd –wat er staat, is juist– maar is onvolledig geweest bij de keus van zijn bronnen.”
Hoe gaat het verder?
Deze week zullen opnieuw zeer veel technische termen over tafel vliegen (zoals Sterlabnormen, IDAS Elisatest, RT PCR-test, lammerniercellen, virusisolatie, schraapsel van blaren, sera, heparinemonster nr. 26.1, geaccrediteerde laboratoriumtestprocedures…). Maar ook een cruciale uitslagfax van het laboratorium van 28 maart 2001 komt aan de orde. De veehouders zullen laten zien dat de fax rond 18.20 uur werd verstuurd, terwijl het besluit tot ruimen daarvóór, om 16.45 uur, werd genomen.
En, last but not least – bij het rapport van de experts (uit oktober, van Ferris en De Clercq) zal de vraag worden gesteld waarom onderzoeker De Clercq niet achter de conclusie van het onderzoek staat, zoals de Stichting MKZ Crisis Kootwijkerbroek concludeert uit een informele mail. In deze mail vraagt De Clercq om opheldering rond de onderzoeksvraag. Op de uitslagfax van 28 maart wordt alleen melding gemaakt van een virusisolatietest. Op basis daarvan kan geen MKZ worden vastgesteld, schrijft De Clercq, daarvoor is nog een andere test nodig: de IDAS Elisa. Hij vraagt om een schriftelijke, ondertekende verklaring van het ministerie dat die test wel is afgerond voordat de fax met de laboratoriumuitslag werd verzonden. Probleem is dat de fax juridisch de bepalende factor vormt voor de juistheid van het ruimingsbesluit, stelt de Stichting MKZ Crisis, en dat daarop niet de IDAS Elisa wordt genoemd. Dat de IDAS Elisatest in de virusisolatietest besloten ligt, bestrijdt Jansen.
Na de uitspraak van Bleker –uiterlijk twaalf weken na de hoorzitting– kunnen veehouders alsnog naar de rechter stappen.
Waarom zijn punten, komma’s en informele e-mails zo belangrijk in deze kwestie?
Ministerie en veehouders zijn verwikkeld in een bestuursrechterlijke procedure. Daarbij gaat het om de rechtmatigheid van besluiten. Door de jaren heen is een aantal pijlers waarop de overheid haar besluiten in 2001 baseerde onderuitgehaald – alleen de virusisolatietest op de fax is overgebleven en speelt nu een bepalende rol. In deze procedure gaat het niet eens allereerst over de vraag of de IDAS Elisatest is uitgevoerd, maar over de vraag of het ruimingsbesluit destijds genomen had mogen worden zonder dat de papieren in orde waren.
Bleker had het vorig jaar maart, bij de vertoning van de documentaire ”Mannenbroeders van Kootjebroek” in Kootwijkerbroek, over een onafhankelijk onderzoek naar de kwestie. Hoe staat het daarmee?
Bleker is, naast het juridische traject van de bezwaarprocedures, „nog steeds in gesprek met de Stichting Onderzoek MKZ Crisis Kootwijkerbroek om te verkennen of er gekomen kan worden tot een afrondend onafhankelijk onderzoek.” De stichting ziet zo’n onderzoek wel zitten en diende in september een voorstel daarvoor in. Ook „andere middelen” kunnen bijdragen aan vertrouwensherstel, aldus de stichting deze week in een brief aan het ministerie. „Denk eenvoudigweg aan erkenning van de reeds bekende feiten.”
Lange adem
Een lange adem is wel nodig als je een ingrijpend besluit van de overheid wilt aanvechten, blijkt uit de zaak over de MKZ-crisis in Kootwijkerbroek. Sinds 2001 willen veehouders weten of destijds zo’n 60.000 dieren hadden mogen worden gedood op bedrijven in en rond hun dorp. Ze eisen harde bewijzen. De boeren twijfelden vanaf het begin of er mond-en-klauwzeer was in hun dorp. Een aantal cynische uitlatingen van toenmalig minister Brinkhorst van Landbouw zette kwaad bloed; waarop onder andere de Stichting MKZ Crisis Kootwijkerbroek de schouders eronder zette en besloot de waarheid boven water te halen. Het ministerie lijkt intussen geen haast te hebben om de zaak af te ronden, uitlatingen van allerlei ministers en bewindspersonen door de jaren heen ten spijt.