Robert M. vangt bot bij wrakingskamer
AMSTERDAM (ANP) – Robert M. is er niet in geslaagd andere rechters in zijn zaak te krijgen. De wrakingskamer wees woensdag een verzoek tot wraking van zijn huidige rechters af.
Volgens de wrakingskamer is van enige vooringenomenheid of partijdigheid van die rechters niet gebleken. Het proces tegen M. en diens partner Richard van O. gaat woensdagmiddag gewoon verder.
De voorrnaamste aanleiding voor het wrakingsverzoek, dat dinsdag werd gedaan, was de toekenning van het spreekrecht aan ouders wier kinderen vermoedelijk door M. zijn misbruikt. De rechtbank bepaalde dat in december al. Volgens de advocaten Wim Anker en Tjalling van der Goot wilde Robert M. toen al tot wraking overgaan. Volgens de huidige wettelijke regeling hebben ouders in een zaak als deze geen spreekrecht.
Vorige week bepaalde de Hoge Raad in een uitspraak in een moordzaak dat de zittingsrechter het spreekrecht niet mag verruimen. Dat kan alleen de wetgever. Anker en Van der Goot verzochten de rechtbank maandag tevergeefs de toekenning van het spreekrecht aan de ouders terug te draaien, gezien het arrest van de Hoge Raad. De rechtbank deed dat niet. Daarop wraakten M. en zijn advocaten de rechtbank.
Tegen de wrakingskamer zei M. dat hem al eerder het gevoel was bekropen dat de drie rechters in zijn zaak het vonnis al klaar hebben liggen. Hij vreest dat nu al vaststaat dat hij de rest van zijn leven in een tbs-kliniek zal doorbrengen.
De wrakingskamer zei dat uitspraken van de Hoge Raad voor lagere rechters leidend, maar niet bindend zijn. De rechtbank heeft de recente uitspraak van de raad over het spreekrecht naast zich mogen neerleggen, zonder daarmee de schijn van partijdigheid te wekken.
Teleurgesteld
Hoofdverdachte Robert M. is teleurgesteld over de afwijzing van zijn wrakingsverzoek. Dat zei zijn advocaat Tjalling van der Goot. „We hebben dat verzoek gedaan in de overtuiging dat het een kans van slagen heeft. Aan de andere kant: hij is realistisch en wist dat dit kon gebeuren.”
Van der Goot zei wel zijn vraagtekens te hebben bij een onderdeel van de uitspraak van de wrakingskamer. Een van de redenen voor M.’s advocaten om te wraken was namelijk dat de rechtbank een uitspraak van de Hoge Raad over het spreekrecht naast zich heeft neergelegd. Volgens de wrakingskamer mag dat. „Die passage vond ik opmerkelijk.”
De raadsman zei ook dat M. nu een signaal heeft afgegeven dat de rechtbank zijn belangen niet uit het oog moet verliezen. „De weegschaal moet wel in balans blijven.”