Dat concludeert de Randstedelijke Rekenkamer in een dinsdag verschenen onderzoek. De meeste provincies, uitgezonderd Zuid-Holland, bezitten niet eens een actueel en volledig overzicht van de subsidies. Terwijl het wel om forse bedragen gaat: Flevoland verstrekte 116 miljoen euro, Noord-Holland 320 miljoen, Utrecht 252 miljoen en Zuid-Holland 429 miljoen. De geldelijke bijdragen slokken tussen de 40 en de 53 procent van de begroting op.

Het verlenen van deze financiële steun staat in tijden van bezuinigingen onder druk. Desondanks zitten provincies onvoldoende op het vinkentouw, aldus de rekenkamer. Er is in de meeste provincies slechts een deel van de subsidies geëvalueerd én de kwaliteit van deze evaluaties blijkt vaak gering. Het oordeel is niet mals: provincies weten slechts voor een klein deel van de verstrekte gelden welke prestaties er zijn geleverd én weten voor vrijwel geen enkele subsidie of de beoogde doelen zijn gerealiseerd.

De rekenkamer keek naar het aantal geëvalueerde subsidies en de financiële omvang ervan. Gerekend naar de financiële omvang blijkt Flevoland 18 procent van de verstrekte gelden te hebben gecontroleerd, Noord-Holland 37 procent, Utrecht 98 procent en Zuid-Holland 14 procent.

De rekenkamer maant provincies hun huiswerk beter te doen, want subsidies vormen een belangrijk middel om het provinciale beleid uit te voeren. Een deel van de gelden gaat naar wettelijke taken, zoals jeugdzorg. In andere gevallen verstrekken de provincies subsidies op eigen initiatief, bijvoorbeeld om innovatief ondernemerschap te stimuleren of om molens te restaureren en te laten draaien.

Het rapport van de Randstedelijke Rekenkamer geeft onder andere zicht op de 73 subsidies die Zuid-Holland verstrekt. De gelden gaan bijvoorbeeld naar de Kastelenstichting Holland en Zeeland, een bevrijdingsfestival, RTV Rijnmond, Stichting Jong Ondernemen en Rederij Naco; onder andere om de vlettenvloot in stand te houden, ruïnes te beheren en de bereikbaar van de regio rond te Nieuwe Waterweg te garanderen door middel van een autoveer. Onder het kopje Evaluatieverslag bevinden zich veel lege vakken. Niet alleen als geldelijke steun enkele jaren geleden is gestart, maar soms ook wanneer een subsidie al twintig jaar wordt verstrekt.

In zijn rapport legt de reken­kamer de vinger bij de wettelijke verplichting om subsidies ten minste één keer in de vijf jaar onder de loep te nemen. Om vervolgens een weloverwogen afweging te maken of, en zo ja hoe een subsidie wordt voort­gezet. De Gedeputeerde Staten van de vier provincies hebben volgens de rekenkamer beterschap beloofd. Ze zeggen de verbeterpunten uit het onderzoek over te nemen.