„Ophef over spreekrecht zedenzaak onnodig”
LEEUWARDEN (ANP) – Ouders die tijdens het proces tegen Robert M., hoofdverdachte in de Amsterdamse zedenzaak, niet zelf het woord willen voeren, kunnen hun gevoelens via een schriftelijke slachtofferverklaring kenbaar maken.
De voorzitter van de rechtbank zal deze voorlezen. Daar hebben ze hun advocaat niet voor nodig.
Dat stellen de advocaten van Robert M., Tjalling van der Goot en Wim Anker, in reactie op de ophef die eerder deze week ontstond over spreekrecht van ouders in de zaak. Advocaat Richard Korver wil het woord voeren namens ouders die dat zelf niet willen of kunnen.
Vorig jaar bepaalde de rechtbank dat ouders tijdens het proces de ruimte krijgen het woord te voeren, dan wel een schriftelijke verklaring op te stellen. Anker en Van der Goot zeggen te snappen dat ouders zich tijdens de rechtszaak willen laten horen. Het ontgaat hen echter wat „de toegevoegde waarde” zou zijn als niet rechtbankvoorzitter Frans Bauduin maar Korver de schriftelijke verklaringen zou voordragen.
Op 12 maart begint het proces tegen Robert M. en diens partner Richard van O., dat meerdere weken zal duren. M. heeft bekend dat hij 87 zeer jonge kinderen heeft misbruikt, onder meer bij de Amsterdamse kinderdagverblijven waar hij heeft gewerkt. Gedragsdeskundigen hebben geadviseerd M. langdurig in een tbs-kliniek te verplegen. Richard van O. wordt er onder meer van verdacht dat hij M. bij het misbruik heeft ondersteund.
Met het toekennen van het spreekrecht heeft de rechtbank een voorschot genomen op wetgeving die momenteel in de maak is. Volgens de huidige regels hebben ouders van jonge kinderen dit recht niet. De rechtbank vindt dat de aard en de omvang van de Amsterdamse zedenzaak het uitoefenen van spreekrecht door ouders rechtvaardigen.
Om meer in algemene zin inzicht te krijgen in wat ernstig misbruik van (zeer) jonge kinderen voor deze kinderen en hun directe familieleden betekent, heeft de rechtbank drie deskundigen opdracht gegeven hierover te rapporteren.