Ook het aantal officiële buitenlandse reizen van het staatshoofd is afgenomen. Vorig jaar had Beatrix zeven bezoeken aan het buitenland in haar agenda staan. Dit jaar waren dat er drie: staatsbezoeken aan Qatar en Duitsland en een bezoek aan het Caraïbisch gebied.

Behalve met de openbare optredens had de koningin het vorig jaar nog erg druk in verband met de vorming van het nieuwe kabinet, dat de zomermaanden grotendeels in beslag nam. De vorstin hoefde dit jaar geen tijd te besteden aan formatieperikelen.

Beatrix had dit jaar op haar paleizen 13 ontvangsten van buitenlandse staatshoofden, presidenten en hoogwaardigheidsbekleders. Ook kwamen er zo’n 50 ambassadeurs langs om hun geloofsbrieven aan te bieden, voor een afscheidslunch of voor een afscheidsaudiëntie.

Prinses Máxima had net als vorig jaar van de Oranjes de drukste agenda. Ze legde 86 bezoeken af in Nederland, iets minder dan vorig jaar. Prins Willem-Alexander ging 64 keer op pad in Nederland, ook wat minder dan een jaar geleden.

Naast het staatshoofd, de kroonprins en Máxima zijn prinses Margriet, Pieter van Vollenhoven en prinses Laurentien de meest actieve leden van het Koninklijk Huis wat betreft het aantal openbare optredens.