Het KNMI sprak eerder van kans op windstoten in de provincies Zuid-Holland, Noord-Holland, Flevoland, Friesland, Drenthe en Groningen, maar tegen een uur of vier zwakte de wind weer af.

Veerdienst TESO waarschuwde de hele dag dat het veer mogelijk in de loop van de avond niet meer zou varen tussen Texel en Den Helder. Ook dat bleek niet nodig.

Bij Den Helder stond gisteravond rond 21.00 uur het water op een stand van 2,08 meter boven NAP. De SVSD gaf voor Vlissingen en Hoek van Holland een voorwaarschuwing. Hoek van Holland haalde een stand van 2,03 (om 15.40 uur), Vlissingen een stand van 2,97 (om 15.10 uur). Harlingen en Delfzijl hielden respectievelijk rekening met 2,9 en 3,4 meter boven NAP.

Dergelijke waterstanden komen maar eens in de twee jaar voor. De hoge waterstand werd veroorzaakt door het gewone getij (vloed) in combinatie met hoge windsnelheden boven de Noordzee, veroorzaakt door een storm bij Noorwegen.

Grote zorgen hoefden mensen zich echter niet te maken. Nederlandse waterkeringen kunnen stormen aan die eens in de 10.000 jaar voorkomen. De waarschuwing betekende wel onder meer dat waterkeringen werden gesloten. De SVSD blijft de waterstandsverwachtingen langs de Nederlandse kust in de gaten houden.

Brandweer- en politiekorpsen in de regio’s Noord-Holland-Noord, Kennemerland, Amsterdam, Flevoland en Groningen kregen slechts een handvol meldingen van stormschade. In Haarlem moest een plat dak verzwaard worden omdat het weg dreigde te waaien en in Stadskanaal waaiden enkele planken van een steiger. Ook de lucht­haven Schiphol heeft nauwelijks last van de wind gehad.