In 1930 waren dat nog 6298 gezinnen.

De cijfers over de grootte van Nederlandse gezinnen komen uit de CBS-publicatie “Op een doorsnee dag”. Daaruit blijkt onder meer dat er 1 miljoen huishoudens zijn met 1 kind, 1,1 miljoen met 2 kinderen en 423 duizend met drie of meer kinderen.

In de brochure kijkt het CBS ook in de toekomst. Zo is berekend dat het inwonertal van Nederland in 2040 met 17,8 miljoen zijn piek bereikt. Nu telt ons land 16,7 miljoen inwoners.

De levensverwachting van pasgeborenen is tussen 2000 en 2010 sterk toegenomen. Voor mannen ging de levensverwachting omhoog van 75,5 tot 75,8 jaar, voor vrouwen was er een stijging van 80,6 tot 82,7 jaar.

Voor 65-jarige mannen nam de resterende levensverwachting in dezelfde periode toe van 15,3 tot 17,6 jaar, bij vrouwen van 19,2 tot 20,8 jaar.