Jagers aangehouden voor vergiftigen wild
ANLOO (ANP) – De milieupolitie in Drenthe heeft deze week twee jachtveldverzorgers uit Anloo en Donderen aangehouden die worden verdacht van het vergiftigen van roofdieren in noord- en midden-Drenthe. Dat zegt de chef van het regionaal milieuteam van de recherche Jelle van der Meulen zaterdag.
De mannen vergiftigden geschoten wild en zetten de kadavers als aas weer uit. Roofdieren als vossen, dassen, buizerds en haviken aten hiervan en stierven een pijnlijke dood. Daarnaast groeven zij ook vallen met aas erin, waaruit vossen niet meer weg konden. Jagers konden daardoor ongehinderd jagen.
Dat deden ze volgens Van der Meulen onder andere op gekweekte fazanten, die door het duo in de jachtgebieden werden uitgezet. „Deze dieren kennen de wetten van de natuur niet. Door roofdieren af te maken, wisten de jachtveldverzorgers hun fazanten te beschermen. Jagers hadden daarentegen een makkelijke prooi.”
De milieupolitie vermoedt dat één van de verdachten al 15 jaar roofdieren vergiftigt. Daarvoor worden de zware middelen aldicarb en parathion gebruikt, giffen die vroeger werden gebruikt in de landbouw. „Tegenwoordig zijn die in Nederland verboden”, weet Van der Meulen. „Twee korreltjes zijn al voldoende om iemand te doden. Op het gebruik hiervan staan straffen die kunnen oplopen tot zes jaar.”
Het vergiftigen van roofdieren vindt volgens de milieupolitie in heel Drenthe plaats. In totaal zijn er volgens de dienst dit jaar al 52 vergiftigde roofdieren gevonden. Daarnaast zijn er in de afgelopen jaren ook 10 tot 20 honden door het vergiftigde aas overleden. Van der Meulen denkt dat het om een groep van vijf tot tien jagers gaat, die onafhankelijk van elkaar werken. Hij verwacht de komende tijd meer aanhoudingen.