Bij toekomstige kwesties als rond de asielzoeker Mauro zou de minister dan meer zijn hart kunnen laten spreken. Dat gebeurt nu niet, doordat „asieladvocaten zijn overwegingen kunnen ’wobben’ en dat heeft een precedentwerking. Wij stellen daarom voor de Wob-mogelijkheid terug te draaien.”

Ger Koopmans, CDA-fractiegenoot van Koppejan, zegt dat het een van de voorstellen is die de partijen binnenkort gaan bekijken. De Kamer wacht nog op een brief van minister Piet Hein Donner (Binnenlandse Zaken) over de Wob.

Koppejan geeft aan dat hij tevreden is met de uitkomst voor Mauro die waarschijnlijk nog in Nederland kan blijven als hij een studievisum aanvraagt. „Natuurlijk was Mauro liever permanent hier gebleven, maar laten we eerlijk zijn: andere mogelijkheden waren al uitgeprobeerd. Drie bewindspersonen, Hirsch Ballin, Albayrak en Leers, hebben geoordeeld dat voor hem geen uitzondering kan worden gemaakt. Dit was nu echt de meest haalbare oplossing.”

Net als zijn fractiegenoot Kathleen Ferrier wilde Koppejan niet dat Mauro het land uit zou moeten, ook niet om in zijn vaderland Angola een studievisum aan te vragen. Hij heeft er vertrouwen in dat er uiteindelijk andere oplossingen worden gevonden zodat Mauro definitief in Nederland kan blijven. „Bijvoorbeeld doordat hij kennisimmigrant wordt of doordat ergens de komende jaren een structurele regeling komt voor gevallen als Mauro, zoals het CDA-congres ons en de minister heeft opgedragen.”