Dat bleek vrijdag uit verklaringen van de bestuurders. De vakbond VBM/NOV telt nu nog ongeveer 30.000 leden. Na het vertrek van de NOV zullen dat er nog zo’n 25.500 zijn, verwacht voorzitter Jean Debie van de Vereniging van Beroepsmilitairen (VBM)/NOV. De twee verenigingen hebben 14 jaar samengewerkt.

Debie betreurt het besluit van het NOV-bestuur zeer. Hij kwam destijds zelf van de NOV en had zich sterk gemaakt voor samenwerking met de VBM om zo een sterke partij te kunnen vormen voor onder meer juridische bijstand van defensiepersoneel en cao-onderhandelingen. Bemiddelaars hebben geprobeerd te komen tot hernieuwde samenwerking, maar de besprekingen daarover zijn vastgelopen. De NOV gaat nu zelfstandig verder in een federatieve samenwerking met nieuwe partners, aldus NOV-voorzitter Ruud Vermeulen.

Volgens hem is de NOV door de samenwerking ruim een derde van de leden verloren en is het vermogen van zijn vereniging „gevaarlijk ver gedaald.” Het NOV-bestuur vond ook dat er teveel geld moest worden afgedragen aan de VBM/NOV.

Debie benadrukt dat solidariteit het uitgangspunt was voor samenwerking. „Het kan niet zo zijn dat officieren een lagere contributie betalen dan soldaten”, zei hij. Volgens Debie blijft de naam VBM/NOV bestaan, omdat die statutair is vastgelegd.