Reformatorische Omroep begint videokanaal
De Reformatorische Omroep (RO) houdt in december een proef met een videokanaal. Drempelverlagend? „Het aantal mensen in onze gezindte dat geen tv-uitzendingen bekijkt, slinkt met de dag.”
Al een jaar is de omroep bezig met de voorbereidingen voor de video-uitzendingen die de laatste maand van dit jaar van maandag tot zaterdag gaan plaatshebben. „We zijn net terug van een opname in het Moezelgebied”, zegt algemeen directeur S. J. P. (Arjan) van der Zouwen. „Daar hebben we een groep van een christelijk reisbureau gevolgd. Een andere opname maakten we aan boord van een Urker viskotter: hoe is het leven van een christen op zee? Er komt ook een uitzending over het Bijbelmuseum in Leerdam. In Roemenië hebben we een concert opgenomen.”
Samen met de christelijke gereformeerde jeugdorganisatie LCJ zijn er discussieprogramma’s voor jongeren en opvoeders in elkaar gezet. Voor de zaterdagavonden heeft de RO een kinderprogramma en concertopnamen in petto. „We gaan eerdaags met kinderen naar uitgeverij Jongbloed in Heerenveen om te kijken hoe Bijbels worden gemaakt.” In juni zijn er opnamen van een kerstconcert gemaakt. Verder zendt de omroep het oratorium ”De schepping” uit.
„Duidelijk anders dan wat veel mensen nu op internet via ”Uitzending gemist” en ”RTL gemist” zitten te bekijken”, vat Van der Zouwen samen. „We zijn geen tv-zender, waar mensen allerlei omroepen achter elkaar op de buis krijgen. We hebben een internetkanaal voor en vanuit de eigen achterban.”
Om kijkers te werven, zijn de uitzendingen even weer gratis te bekijken, net als in de begintijd van de RO. Normaliter zijn uitzendingen alleen voor donateurs toegankelijk.
De nu 29-jarige Van der Zouwen startte de Reformatorische Omroep in 2006. Nadat het bedrijf twee jaar geleden een noodkreet slaakte over het gebrek aan steun, steeg het aantal donateurs van 5000 tot bijna 11.000. Tot die tijd bood de internetradio non-stop muziekuitzendingen, afgewisseld met programma’s voor kinderen, jongeren en ouderen, een dagopening en een verzoekplatenprogramma. „We wilden zelf programma’s maken: nieuws, actualiteiten, praatprogramma’s, reportages en interviews, afgewisseld met muziek. Dat lukte echter niet bij gebrek aan draagvlak.”
In mei 2009 stuurde de RO een brandbrief naar alle donateurs met het verzoek nieuwe donateurs te werven. Daarnaast kregen duizend kerkenraden en predikanten in de gereformeerde gezindte een oproep in de bus om steun voor de omroep te werven.
„Nadien konden we per week gemiddeld vijftig nieuwe donateurs noteren. Momenteel luisteren er dagelijks 13.000 mensen naar de muziek. We hebben het live uitzenden van bijeenkomsten uitgebreid naar zo’n twee keer per week. Het aantal kijkers varieert van 10.000 à 15.000 bij een debat tot 30.000 à 50.000 tijdens een groot concert. Nu willen we er onze eigen videoprogramma’s aan toevoegen.”
Het personeelsbestand beslaat inmiddels ruim acht fte’s. „Inclusief vrijwilligers zijn er zo’n 45 mensen voor ons bezig. We hebben twee regiewagens aangeschaft, met daarin de modernste apparatuur. Voorlopig investeren we niet meer; eerst moet blijken of de nieuwe koers aanslaat.”
Heeft het starten van een videokanaal geen drempelverlagende werking in een gezindte waarvan een groot deel vanouds geen televisie heeft?
„De tijd dat onze achterban geen gebruikmaakte van dit soort media, ligt echt achter ons. Met de komst van internet in de gezinnen kan de drempel niet lager worden dan ze al is. Er wordt massaal naar programma’s via ”Uitzending gemist” gekeken. Het duurt niet lang meer voordat de tv-uitzendingen Nederland 1, 2 en 3 rechtstreeks via internet te volgen zullen zijn. Daar zal onze gezindte volop gebruik van maken. Wij hebben niet de illusie een vervanger voor die uitzendingen te zijn. Door het aanbieden van verantwoorde programma’s willen we er alleen iets aan toevoegen.”
Hoe ziet u het bezwaar dat dit de beeldcultuur bevordert en de onrust in het gezinsleven vergroot?
„Mensen zíjn het al gewend om te kijken. Er wordt volop geconsumeerd. Dat kun je beter vooraf sturen dan achteraf proberen af te remmen.”
Uit een recent onderzoek onder RD-lezers blijkt dat van het twee derde deel dat geen tv bezit, bijna de helft níét via internet naar tv-uitzendingen kijkt.
„Dat respecteer ik. Maar die groep slinkt elke dag. De media zijn zo geïntegreerd in het internetgebruik dat het gebruik ervan niet tegen te houden is.”
Hoe reageert u als mensen hun bezwaren uiten?
„Een heel enkele keer krijgen we dit soort vragen. We respecteren die, maar vermijden de discussie. Als je spreekt vanuit een situatie waarin mediagebruik (nog) te ontlopen is, is dat heel anders dan wanneer je er dagelijks mee wordt geconfronteerd.”
Gaat u in gesprek met kerken die hun medewerking niet verlenen?
„We staan open voor samenwerking met iedereen die dezelfde identiteit heeft als wij. Kerken en organisaties zijn vrij om er gebruik van te maken; het initiatief ligt bij hen. De tijd zal leren hoe dat zich ontwikkelt.”
Dit is de zesde aflevering van een serie over 60 jaar tv in Nederland. Zaterdag het laatste deel.
Filmpjes op refdag.nl
Al sinds een jaar of tien plaatst het Reformatorisch Dagblad video’s op z’n website, eerst incidenteel, tegenwoordig elke dag wel een paar. Een groot deel ervan is afkomstig van het ANP. Intussen heeft het RD zelf enkele camerajournalisten opgeleid die video’s maken. Recent is een studioruimte gebouwd in het RD-kantoor, zodat ook opnamen van studiogesprekken mogelijk zijn. Maar wat is dan nog het verschil tussen refdag.nl en het via internet kijken naar tv-programma’s?
„Vier jaar geleden heeft een interne commissie zich diepgaand over die vraag gebogen”, zegt directeur B. Visser. „De conclusie was dat we uiteraard uit de buurt willen blijven van een soort internet-tv-station. Maar het nee tegen radio en tv zoals dat vanaf de beginjaren van het RD geklonken heeft, betekent niet dat we het gebruik van de daarbij behorende technieken uitsluiten.
De belangrijkste grief tegen tv was dat men daarmee de wereld in huis haalde. Hetzelfde bezwaar geldt voor internet, maar ik vind dat dit medium, anders dan tv, ook geschikt is voor nuttig gebruik.”
Niet neutraal
Visser schaart daar ook de nieuwsvoorziening onder. „Ik begrijp dan ook niet dat velen klakkeloos het NOS Journaal bekijken. Men vindt dat kennelijk neutraal, zoals nieuws lezen op nu.nl. Maar neutraal nieuws bestaat niet. Het NOS Journaal belicht zelden kwesties als christenvervolging en de redactie maakt heel andere keuzes bij nieuws over Israël dan refdag.nl doet.
De website refdag.nl biedt weliswaar dagelijks video’s, maar het aantal valt in het niet bij de vele tientallen artikelen. De video’s worden zorgvuldig gekozen en zijn altijd aan nieuws gerelateerd. Het heeft niets met entertainment te maken. Dat geldt ook voor het journaal van de RO in december, waaraan het RD gaat meewerken.”
Maar verlaagt het RD daarmee toch niet de drempel naar het kijken van tv-programma’s? „Drempel? Uit de recente enquête blijkt wel dat die er nauwelijks meer is. Maar dan nog willen we niemand op het spoor zetten om tv-programma’s te gaan bekijken; we proberen juist een alternatief te bieden. Dat is ook de reden waarom we incidenteel, bij grote rampen of bijzondere gebeurtenissen, tv-programma’s ‘doorlussen’ van NOS, zoals bij Prinsjesdag, of zelfs van Al-Jazeera, bij de onlusten in Egypte. Het gaat dan om rechtstreekse uitzendingen waarbij je veel minder te maken hebt met de kleuring van de omroep.”
Digibron bevat diverse lezenswaardige artikelen over televisie.
Ds. A. Vergunst, over onze houding ten opzichte van omroepen deel 1 en deel 2.
Reactie op artikelen Ds. A. Vergunst.
Slotreactie van Ds. A. Vergunst.
Ds. A. Moerkerken over de houding jegens moderne communicatiemiddelen.
Artikel in De Saambinder over de Evangelische Omroep van ds. R. Boogaard.