Knelpunten blijven in dialoog met Rome
ERFURT – Paus Benedictus XVI bezoekt deze week Duitsland, zijn vaderland. Komt er een doorbraak in de oecumene, wellicht ook een rehabilitatie van Luther? Aan de vooravond van zijn bezoek is het goed om een aantal resultaten tot nu toe te inventariseren. Knelpunten in de oecumene blijven.
Rechtvaardiging: In 1999 is er een consensus over de rechtvaardiging totstandgekomen, de Gemeenschappelijke Verklaring over de Leer van de Rechtvaardiging, een gezamenlijk document van de Rooms-Katholieke Kerk en de Lutherse Wereldbond. In de gemeenschappelijke verklaring wordt gesteld dat de mens alleen door genade, door het geloof in het heilswerk van Christus en niet door enige verdiensten onzerzijds, door God aanvaard wordt en de Heilige Geest ontvangt. De conclusie van de verklaring is dat de leer van de lutherse kerken die in deze verklaring wordt gepresenteerd niet valt onder de veroordeling van het concilie van Trente. Omgekeerd geldt dat ook van de veroordelingen in de lutherse belijdenisgeschriften ten aanzien van de leer van Rome die in deze verklaring wordt gepresenteerd. Kardinaal Kurt Koch, voorzitter van de pauselijke raad voor de bevordering van de eenheid van de christenen, kondigde recent de publicatie van een luthers-katholieke verklaring aan, naar aanleiding van de 500e verjaardag van de Reformatie in 2017.
Kritiek: Uit reacties vanuit kerken blijkt dat steeds geprobeerd wordt om de felheid van de veroordelingen van Trente te nuanceren dan wel de kloof tussen Rome en Reformatie te relativeren. Dat geldt met name de rol van de wil in het meewerken met de genade, de relatie tussen geloof en gerechtigheid (forensisch of rechtvaardig máken) en de heilszekerheid (die volgens Rome onmogelijk is). Volgens bisschop De Korte vormt de rechtvaardigingsleer niet meer het grote struikelblok tussen Rome en Reformatie.
Kerk: Er zijn volgens Walter Kasper, tot vorig jaar voorzitter van de pauselijke raad voor de bevordering van de christelijke eenheid, nieuwe bruggen van wederzijds begrip en praktische samenwerking gebouwd, zo schrijft hij in zijn boek ”Een rijke oogst” (2011). De belangrijkste kwestie die de Rooms-Katholieke Kerk nog verdeelt, is de visie op de kerk. De kerk van Christus bestaat volgens Rome in een concrete en blijvende structuur, in gemeenschap met de bisschop van Rome en de bisschoppen in gemeenschap met hem. Zolang de vragen met betrekking tot de kerk niet zijn opgelost, heeft dat gevolgen voor de gezamenlijke viering van de eucharistie. Het besluit van anglicaanse provincies om vrouwen tot priester te wijden, heeft een constructieve discussie tussen anglicanen en rooms-katholieken over het ambt verhinderd, aldus Kasper.
Petrusambt: De verschillende visies op het ambt in de oecumene spitst zich vooral toe op het punt van het Petrusambt: dat de bisschop van Rome als navolger van Petrus aan het hoofd van de kerk staat. Anglicanen verwerpen de term onfeilbaarheid met betrekking tot de paus, omdat dat een term is die alleen op God toepasbaar is. In de luthers-katholieke dialoog wordt de onfeilbaarheid gedefinieerd als een gave aan de hele kerk als volk van God. Gereformeerden erkennen de bijzondere positie van de apostel Petrus binnen de kring van de twaalf discipelen, maar verwerpen de universele en apostolische aanspraken van het pausschap. Kasper stelt vast „dat men de oude polemiek over het Petrusambt heeft overstegen, maar dat volledige consensus nog niet in zicht is.”
Ratzinger: De huidige paus steelt het hart van behoudende theologen vanwege zijn klassieke posities, maar breekpunten blijven de kerk en het ambt. In het document ”Dominus Iesus”, in 2000 verschenen onder redactie van Ratzinger, heten protestantse kerken geen kerken, maar „kerkelijke gemeenschappen.” Ze missen de wezenlijke eigenschappen van het kerk-zijn: de juiste leer en de juiste visie op de sacramenten, vooral op de eucharistie. Hans Küng stelt in zijn boek ”Is de kerk nog te redden?” (2011) dat de Rooms-Katholieke Kerk sinds de Reformatie in de diepste vertrouwenscrisis zit en dat Ratzinger in het hart van deze crisis staat. Hij had als paus de hervormingen van het concilie Vaticanum II (1962-1965) kunnen bevorderen, maar keert zich daartegen. Luthers drijfveer was de terugkeer van de kerk naar het Evangelie van Jezus Christus, concreet: alléén de Schrift, alléén Christus, alléén de genade en het geloof. Küng beveelt als therapie aan: Luthers hervormingseisen serieus nemen. Küng twijfelt er niet aan: niet de reformator Luther, die ook fouten maakte, maar het hervormingsvijandige Rome droeg de hoofdverantwoordelijkheid voor de scheuring. Een uitdaging voor de Duitse paus.