De overlevende, Osama Mansour el-Hadi, zou volgens de BBC een belangrijke getuige kunnen zijn in een eventuele zaak tegen Gaddafi voor het Internationaal Strafhof (ICC) in Den Haag. El-Hadi was op 15 augustus, vijf dagen voordat de opstand in Tripoli losbarstte, aangehouden op verdenking van betrokkenheid bij de rebellie tegen het Gaddafi-bewind.

Dinsdag, toen de rebellen het commandocentrum van Gaddafi overrompelden en er buiten de muren van de geïmproviseerde gevangenis al feest werd gevierd, werden de gevangenen naar buiten gedirigeerd en tegen een muur geplaatst. Vervolgens werden ze met behulp van machinegeweren om het leven gebracht. El-Hadi liep een reeks schotwonden op, maar overleefde het bloedbad. De daders sloegen direct na de moordpartij op de vlucht voor het oprukkende verzet.

De BBC citeerde een arts, Moez Zeiton, die de stoffelijke overschotten heeft onderzocht. Volgens hem waren veel lichamen verminkt door martelingen en had ongeveer de helft van de lijken kogelwonden in het achterhoofd. Zeiton was als vrijwilliger vanuit de Engelse stad Manchester naar Tripoli gereisd om medische hulp te geven. De arts en enkele andere medici hebben hun bevindingen vastgelegd in documentatie, die naar het ICC kan worden gestuurd als bewijs van oorlogsmisdaden, zo meldde Zeiton.

Het ICC heeft arrestatiebevelen uitgevaardigd tegen Gaddafi, diens zoon Saif al-Islam en Abdullah al-Senussi, de directeur van de beruchte militaire inlichtingendienst en de rechterhand van Gaddafi. De drie worden verdacht van misdaden tegen de menselijkheid.

Overgangsraad

De Nationale Overgangsraad (NTC) in Libië is verplaatst van de oostelijke stad Benghazi naar de hoofdstad Tripoli. Politieke leiders van de NTC zijn inmiddels aan de slag gegaan in Tripoli, zo meldde een hoge functionaris van de overgangsraad donderdagavond tijdens een persconferentie.

Mustafa Abdel Jalil, de voorzitter van de NTC, blijft voorlopig in Benghazi, dat in het afgelopen half jaar het belangrijkste bolwerk was van het verzet tegen dictator Muammar Kaddafi. Jalil reist naar Tripoli zodra de veiligheidssituatie dat toelaat.

Evacuatie

Een boot die donderdag aanmeerde in de Libische hoofdstad Tripoli om buitenlanders te evacueren, is in de avond vertrokken met mee dan 200 buitenlanders aan boord. Dat heeft de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) bekendgemaakt.

De gecharterde Turkse rivierboot komt naar verwachting zaterdag aan in de oostelijke stad Benghazi waarna de migranten naar de Egyptische grensplaats Salloum zullen worden gebracht. Daar zullen ze verder worden geholpen om terug naar huis te keren. Aan boord zouden Filipino’s, Egyptenaren, Canadezen, Algerijnen en Marokkanen zijn.

Duizenden mensen willen weg uit Tripoli. Libië telde begin dit jaar tussen 1,5 en 2,5 miljoen buitenlandse werknemers en migranten.