Boete geëist tegen Utrecht wegens dood duiker
Tegen de gemeente Utrecht is woensdag 18.000 euro boete (waarvan 6.000 euro voorwaardelijk) geëist wegens de dood van een brandweerduiker. De 35-jarige William Brouwer verongelukte op 13 juli 2001 bij een duikoefening van de brandweer Utrecht in de Kernhaven op het industrieterrein Lage Weide in Utrecht.
De man kwam in problemen toen hij onder water verstrikt raakte in een haspel op de bodem van de haven en hij, vermoedelijk in paniek, zijn masker afwierp. Collegaduikers schoten hem te hulp, maar trokken elkaar in het donkere water omhoog in de overtuiging dat ze de drenkeling vast hadden. Brouwer werd gevonden, nadat hij minstens acht minuten zonder zuurstof onder water had gelegen. Hij overleed enkele dagen later in het ziekenhuis.
De officier van justitie verwijt de gemeente dood door schuld. Utrecht zou als werkgever onvoorzichtig en onachtzaam hebben gehandeld door een onervaren brandweerduiker een zware oefening te laten doen zonder dat deze ervaring had met zelfredding. Daar zou in de opleiding te weinig aandacht aan zijn besteed. Bovendien ontbrak het bij de brandweer onder meer aan werkinstructies en een noodplan waardoor de reddingspogingen ’onprofessioneel’ en ’knullig’ verliepen.
De raadslieden van de gemeente verzetten zich tegen de vervolging en wezen onder andere op de zogeheten Pikmeer-arresten. Daaruit blijkt dat een gemeente strafrechtelijke immuun is als het gaat om wettelijke taken die exclusief bij de overheid liggen. Dat zou ook gelden voor duiktrainingen van de brandweer. Verder zou het slachtoffer wel ervaren zijn als duiker.
Volgens de officier kon de gemeente geen aanspraak maken op strafrechtelijke immuniteit. Het ging om het optreden van de gemeente als werkgever in het kader van de Arbo-wet en niet als toezichthouder en handhaver van regelgeving.
Uitspraak 9 juli.