Dat heeft minister Melanie Schultz van Haegen (Infrastructuur) vrijdag geschreven aan de Tweede Kamer. Haar brief volgt op een debat van donderdagavond waarin bleek dat een Kamermeerderheid akkoord is met het verdwijnen van de strippenkaart. PVV en SP zijn daar wel tegen, omdat de ov-chipkaart duurder en fraudegevoeliger zou zijn.

Per 30 juni al schaft de VVD-bewindsvrouw de strippenkaart in een flink aantal gebieden af. Dat zijn de provincies Overijssel, Gelderland, Flevoland, Noord-Holland en Friesland. Per 7 juli volgen Zeeland en Limburg. In de stadsregio’s Rotterdam en Amsterdam is de strippenkaart al een tijdje niet meer geldig. In het Kamerdebat van donderdag werd afgesproken per 19 mei in heel Zuid-Holland de papieren ov-kaart te bannen.

Na juli is het nog niet in heel Nederland gedaan met de strippenkaart. Groningen en Drenthe moeten bijvoorbeeld nog volgen. Ook Noord-Brabant en de provincie Utrecht moeten bij de minister nog een aanvraag indienen om de strippenkaart aan de wilgen te hangen. De verwachting is dat deze provincies na de zomer willen stoppen met de strippenkaart.

Schultz had het afschaffen van de strippenkaart voortvarender willen aanpakken, maar moest eerst weerstand in de Tweede Kamer overwinnen. Kamerleden wilden onder meer duidelijkheid over de te verwachten fraude met de ov-chipkaart, maar zijn inmiddels overtuigd dat die fraude beheersbaar is.