Natuurbrand treft bijzonder hoogveengebied
ASSEN (ANP) – De grote brand die maandag het natuurgebied Fochteloërveen op de grens van Drenthe en Friesland heeft getroffen, komt op een buitengewoon ongelukkig moment. Het vuur heeft al zeker 100 van de in totaal meer dan 3000 hectare grond in lichterlaaie gezet. Hieronder vijf vragen aan beheerder Rombout Bennema van Natuurmonumenten.
Wat zijn de gevolgen van de brand?
„Dat kunnen we nog niet goed overzien. We vrezen dat heel veel reptielen, insecten en zogeheten bodembroeders het loodje hebben gelegd. We zagen ook al reeën uit het veld komen. Deze periode is bovendien extra kwetsbaar voor de dieren omdat ze zich nu voortplanten. Branden zijn altijd erg, maar het is heel tragisch en triest dat dit nu gebeurt.”
Wat is er zo bijzonder aan dit natuurgebied?
„Het is een van de meest intacte en beste hoogveengebieden van Nederland. In ons land is nog maar 2 procent van het hoogveen over. Daarnaast is het een plek voor bijzondere planten en vogelsoorten, zoals een aantal bodembroeders als het paapje en de roodborsttapuit. Het is ook de enige plek waar de kraanvogel broedt. En we hebben hier drie soorten slangen: de gladde slang, de ringslang en de adder. Ook is er een hele specifieke vegetatie van hoogveenmossen.”
Is het Fochteloërveen vaker getroffen door brand?
„De laatste brand van deze omvang is al lang geleden, zo in de tachtiger en negentiger jaren. Vorige week hadden we nog een klein brandje. Daar lag een krant bij, dus mogelijk gaat dat om brandstichting. Dit keer ontstond de brand ook langs het pad, dan denk je al snel aan menselijk handelen. Of het nu opzet is of niet. We waren al bang dat dit zou gebeuren, vanwege de droogte. In ons team hadden we al verhoogd toezicht ingesteld. Iedere dag was er wel iemand in het veld. De melding kwam nu ook van een vrijwilliger, die al heel vroeg in het gebied was.”
Hoe kunt u de droogte bestrijden, hoeveel regen is er nodig?
„We doen al jaren ons best om het gebied goed nat te houden. Daartoe hebben we al veel dingen gedaan, zoals de aanleg van dammen om het water langer vast te houden. Daar is veel in geïnvesteerd. Maar dit jaargetijde vormt altijd een risico. Dat komt doordat het pijpenstrootje hier veel voor komt en dat plantje is momenteel gortdroog en dor. Pas in mei gaat dat groeien. Het moet een behoorlijk tijdje gaan regenen voordat alles weer op peil is. Een buitje is zeer welkom.”
Hoe lang duurt het voordat de natuur na zo’n brand weer is hersteld?
„Bij de vegetatie, de boompjes en heide gaat dat vrij snel. Die maken straks een groeispurt. Maar het kan best zijn dat we de bodembroeders, de reptielen en de insecten een heel seizoen kwijt zijn. Die moeten volgend jaar opnieuw beginnen. Het is een groot gebied, dus de kans is groot dat deze diersoorten nog wel elders zijn te vinden. We zijn erg benieuwd waar de kraanvogel momenteel uithangt. Het is hier zo’n drukte en met die rookontwikkeling kan het best zijn dat het nest is verlaten.”