In dat jaar wordt landelijk het 200-jarige bestaan van het Koninkrijk der Nederlanden gevierd. Den Haag zet erop in een grote rol te spelen, omdat koning Willem I op 30 november 1813 op Scheveningen landde nadat de Franse troepen van Napoleon waren verdreven. Deze gebeurtenis wordt eind november 2013 nagespeeld op het Scheveningse strand. „Maar de maanden daarvoor willen we met veel activiteiten naar dat hoogtepunt toe bouwen”, stelt de wethouder.

Daarnaast viert het Vredespaleis in Den Haag over twee jaar zijn honderdste verjaardag. Ook dit feit gaat volgens De Jong niet ongemerkt aan de hofstad voorbij. Ze denkt bijvoorbeeld aan een concert voor de poorten van het Vredespaleis, zoals dat in maart 2010 plaatsvond voor War Child, of een conferentie over vrede en recht. De gemeente gaat hierover in overleg met de organisaties die in het paleis huizen. „We willen op deze honderdste verjaardag iedereen laten zien wat voor belangrijke rol het gebouw op het wereldtoneel heeft gespeeld en nog steeds speelt”, stelt De Jong.

Onder meer het Internationaal Gerechtshof maakt gebruik van het Vredespaleis. Het gebouw werd begin twintigste eeuw gebouwd als huisvesting voor het Permanent Hof van Arbitrage, een internationaal gerechtshof dat werd opgericht op de Internationale Vredesconferentie die in 1899 in Den Haag werd gehouden.

De gemeente Den Haag heeft twee werkgroepen opgericht om de voorbereidingen voor de beide vieringen in goede banen te leiden. Ook gaan de werkgroepen op zoek naar partijen die financieel bij willen dragen aan de festiviteiten.

Over de feestelijkheden rond het 200-jarig bestaan van het Koninkrijk der Nederlanden treedt Den Haag in overleg met het Nationaal Comité dat is opgericht om alle landelijke activiteiten in goede banen te leiden. Het comité werd eerst geleid door voormalig premier Ruud Lubbers. Maar hij bedankte onlangs „om persoonlijke redenen” voor de eer. Lubbers werd opgevolgd door Ank Bijleveld, de kersverse commissaris van de Koningin in Overijssel.

Het is overigens onduidelijk wie er verder allemaal in het landelijke comité zitten.