Huisarts verdwijnt uit dorp: reistijd langer
De reistijd naar huisartsen voor mensen op het platteland wordt langer. Dat voorspelde voorzitter van de raad van bestuur van De Friesland Zorgverkeraar H. Feenstra woensdag. Hij presenteerde plannen voor de komst van gezondheidscentra in Friesland.
Volgens Feenstra krijgt, na de randstad, ook het platteland met een groot tekort aan huisartsen te maken. Daarom moet de patiënt verder reizen om bij de huisarts te komen.
De komende vijf tot zeven jaar stopt 25 tot 30 procent van de huisartsen op het platteland. In de randstad liggen de cijfers ongeveer op hetzelfde niveau. Het tekort is daar al meer merkbaar.
De Friesland Zorgverzekeraar wil daarom voor het eind van het jaar de eerste van vier gezondheidscentra in Friesland openen. Zo’n centrum is een bedrijfverzamelgebouw van artsen.
Jonge artsen willen geen eigen praktijk meer beginnen, maar met andere artsen een praktijk huren. Ze hebben op die manier meer mogelijkheden om in deeltijd te werken. Feenstra hoopt met de gezondheidscentra jonge huisartsen uit de randstad naar Friesland te lokken.
Het gevolg van de komst van de gezondheidscentra kan, volgens Feenstra, zijn dat de reistijd voor niet-dringende hulp kan oplopen tot drie kwartier. Feentra noemt dat acceptabel. „We hebben gewoon geen keus. De ouderwetse huisarts met een praktijk in een dorp is aan het verdwijnen.”
Corporatieholding Friesland wordt eigenaar van de centra, waarvan er twee in Leeuwarden, één in Sneek en één in Ternaard zullen komen. In elk centrum gaan drie tot vier huisartsen werken met ondersteuning van hulpverleners.