Een aantal van hen moet zich verplicht melden bij de reclassering en laten behandelen. Tegen vier verdachten eiste de officier lichtere straffen, omdat zij een minder grote rol hebben gespeeld. Twee minderjarigen hoorden enkele maanden jeugddetentie en een werkstraf tegen zich eisen.

De politie vond het slachtoffer in de nacht van 12 op 13 mei op een metrostation in Amsterdam-Zuidoost. Zij was ontredderd en flink toegetakeld. Enkele dagen later wist de politie de eerste verdachten op te sporen. Het ernstige misbruik vond deels plaats in zorginstelling Cordaan. Enkele verdachten verbleven daar.

Het slachtoffer was een paar van de mannen tegengekomen in het centrum van Amsterdam, nadat zij was weggelopen uit een jeugdinrichting in Groningen. Zij zocht een slaapplaats. De jongens namen haar mee en al snel kwam het tot seks. Volgens Woudman is die van vrijwillig overgegaan op onvrijwillig, in „een sfeer van ontremming en geweld”. In de groep mannen, die steeds groter werd, heerste „een cultuur van misbruik”. De verdachten hebben het slachtoffer onderworpen aan „perverse praktijken die iedere beschrijving tarten”.

Het misbruik duurde meerdere dagen en voltrok zich op verscheidene plaatsen in de stad. Het slachtoffer durfde en kon niet weg, aldus Woudman. Op momenten heeft zij „geschreeuwd van de pijn”, aldus de officier. Het meisje is „als gebruiksvoorwerp, als een vod van hand tot hand gegaan” en tenslotte „afgedankt achtergelaten op straat”.

Voor zijn bewijsvoering leunde Woudman niet alleen op de verklaringen van het slachtoffer en de verdachten. Een paar van de mannen heeft delen van het misbruik gefotografeerd en gefilmd. Volgens de officier hebben zij zich daarmee schuldig gemaakt aan het maken van kinderpornografie.