V. zegt dat hij niet heeft gezien dat het sein op rood stond. Uit een rapport van de Inspectie Verkeer en Waterstaat blijkt dat de afgelopen tien jaar zes treinen bij dit bewuste sein door rood zijn gereden. Het sein voldeed op allerlei punten niet aan de eisen, aldus de officier van justitie.

De verdachte reed die ochtend met een goederentrein van dertig wagons door het station met een gangetje van circa dertig kilometer per uur. Om 10.20 uur botsten een net vertrekkende stoptrein en de goederentrein. Het bewuste sein 66 op de route van de goederentrein dat op rood zou hebben gestaan, stond te kort op het vorige sein en was onvoldoende waarneembaar, concludeerde de aanklager.

Ook ontbrak er vanwege werkzaamheden een baken, een bord met de melding dat de machinist vaart moet minderen, zo bleek uit het rapport van de inspectie. Het OM besloot in 2009 wel over te gaan tot vervolging omdat er een aanrijding was geweest met ernstige schade aan de infrastructuur. „Het ongeval had ook veel slechter af kunnen lopen.”

De Inspectie Verkeer en Waterstaat plaatste ook vraagtekens bij het feit dat de goederentrein structureel te vroeg bij station Zwolle arriveerde. Dit werd bewust gedaan omdat op het traject vanuit Leeuwarden rekening werd gehouden met mogelijk openstaande bruggen. Te vroeg arriveren kan juist voor problemen op het drukke station zorgen.

De twee advocaten van de machinist vinden dat hem niets te verwijten valt. Ook al had het sein op rood gestaan en had hij dit tijdig opgemerkt, dan nog was een ongeval niet voorkomen vanwege de foute plaatsing van dit sein, stelden ze. Ook vroeg de verdediging zich af waarom na zes bijna-ongevallen nooit iets aan het sein is gedaan.

De verdachte heeft na het ongeval geen trein meer bestuurd. Zijn tijdelijke contract werd niet verlengd.

Uitspraak 19 april.