Johann Ludwig Bach (1677-1731) –een achterneef van Johann Sebastian Bach– kreeg als hofkapelmeester van de hertog de opdracht om dit lied op muziek te zetten. Deze Trauermusik (rouw- of treurmuziek) werd het grootste en meest ambitieuze werk dat J. L. Bach schreef. Het bestaat uit drie delen.

Het werk opent met een grootse koorzetting over een deel van Psalm 116, met als opvallendste tekstregel: „Gij hebt mijne banden losgemaakt.” De componist heeft de woorden ”Bande” en ”zerrissen” door veel dissonante akkoorden uitgebeeld. Na het ”zerrissen” verstomt plotseling de muziek.

In het tweede deel beschrijft de hertog het naar de hemel gaan van de ziel. Vanaf een bescheiden plaats aan de grenzen van het hemelrijk wil hij dan instemmen met de hemelse koren.

In het derde deel jubelen de twee koren het uit: ”Dir will ich Dank opfern” (de laatste verzen van Psalm 116). Trompetten en pauken ondersteunen het feestelijke karakter.

Deze opname is een lust voor het oor. De solisten zijn allen topzangers. Vooral de sopraan Anna Prohaska is van een helderheid en subtiliteit die je niet vaak tegenkomt. Ook de instrumentalisten verdienen alle lof. (Verrassend is het feit dat er instrumenten te horen zijn die niet in het cd-boekje vermeld staan, bijvoorbeeld de luit en de blokfluit.) Deze cd is een aanrader voor liefhebbers van barokke muziek. Om zich mee te laten voeren naar de muziekcultuur van het 18e-eeuwse Thüringen en te genieten!

Trauermusik – Johann Ludwig Bach; RIAS Kammerchor, Akademie für Alte Musik Berlin o.l.v. Hans-Christoph Rademann; Harmonia Mundi (HMC 902080); € 16,99.