Bernard Dost, seismoloog KNMI: Tsunami door ondiepe aardbeving
DE BILT (ANP) – Japan werd vrijdag getroffen door een zeer zware aardbeving (8,9 op de schaal van Richter). Vijf vragen aan Bernard Dost, seismoloog bij het KNMI.
Komen aardbevingen met deze kracht vaak voor?
„Nee. Aardbevingen van dit kaliber komen maar eens in de vijf … tien jaar voor. Deze aardbeving is erg krachtig. Het verschil met een beving van 7 op de schaal van Richter lijkt klein, maar is enorm. Dat komt omdat het een logaritmische schaal is. Dat wil zeggen dat een aardbeving met een kracht van 8, dertig keer sterker is dan die met een kracht van 7. Zodoende is deze aardbeving bijna negenhonderd maal sterker dan een met een schaal van 7.”
Na de aardbeving van vrijdag is er ook een tsunami op gang gekomen. Hoe komt dat?
„Dat komt omdat we te maken hebben met een ondiepe aardbeving. Het gebied dat door de beving verschoven is, is vrij groot, zo’n 800 kilometer lang. Dat gebeurt in vijf minuten. Het zeewater boven die 800 kilometer wordt in die korte tijd omhooggeduwd. Dat geeft een enorme dreun. De energie die daarbij vrijkomt, moet ergens heen. Die komt omhoog in een grote golf, die weer een pakket van golven met zich meebrengt.”
Kunnen we nog naschokken verwachten?
„Ja. Er zijn er al veel geweest, maar we verwachten er nog veel meer. Dat kan nog dagen of zelfs weken aanhouden.”
Kunnen die naschokken nieuwe tsunami’s veroorzaken?
„De kans is klein. De naschokken moeten daarvoor erg krachtig zijn. Als er nog iets komt, is het een kleine tsunami. Zo’n grote als vrijdag verwachten we niet meer in ieder geval.”
Het lijkt wel alsof sinds de grote tsunami van tweede kerstdag 2004 steeds meer tsunami’s voorkomen. Is dat echt zo?
„Dat is niet zo. We hebben er alleen meer aandacht voor. Voor 2004 wisten alleen wetenschappers wat het was. Na de grote tsunami van 2004 is het een bekend fenomeen geworden.”