Dat blijkt uit de definitieve rapportage over de incidenten die staatssecretaris Fred Teeven (Justitie) donderdag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Uit voorlopige cijfers op 1 januari bleek al dat het aantal incidenten was afgenomen en milder van aard leek, maar dat meer mensen waren aangehouden. Dat komt volgens Teeven door het zerotolerance-beleid, waardoor agenten minder tolereren en sneller ingrijpen. Hij wil ermee doorgaan.

De definitieve cijfers zijn fors naar boven bijgesteld, maar komen toch nog lager uit dan de cijfers van vorig jaar. Opmerkelijk is alleen dat het aantal gevallen van (poging) tot zware mishandeling of dood door schuld flink is gestegen, van 68 gevallen vorig jaar naar 91 nu. Bij bijna alle andere delicten is een daling te zien.

In totaal waren er dit jaar 12.869 meldingen van zaken, zijn er 2341 aangiftes opgenomen en zijn 1546 personen aangehouden, van wie er 320 in verzekering werden gesteld. Er waren 3968 incidenten, tegenover 4329 vorig jaar. Dat was vooral vernieling (2057), brandstichting (924), ‘gewone’ mishandeling (582), openlijke geweldpleging en samenscholing (314).

Van de 173 incidenten met mensen met een publieke taak, ging het in 136 gevallen om politiemensen, in 15 gevallen ging het om brandweerlieden, 12 keer om medewerkers ambulancediensten en vier incidenten waren op de spoedeisende hulp, vijf keer ging het om werknemers van de gemeente en één keer een andere persoon.

Opvallend is ook dat vaker brand werd gesticht in of aan objecten of gebouwen met een publieke functie: 115 keer tegenover 44 vorig jaar. Verder werden dit jaar in totaal 181 auto’s in de fik gestoken. Vorig jaar waren dat er nog 217. Bovendien werden zeven voertuigen met een publieke functie in vlammen gezet, één meer dan vorig jaar.