Volgens de raadsman is uit onderzoeken gebleken dat de afgelopen jaren voortdurend kinderen worden gesmokkeld en dat onder toezicht gestelde jonge slachtoffers uit opvangcentra verdwijnen. Gaasbeek is zelf advocaat van twee Nigeriaanse meisjes, die ook zijn verdwenen en vermoedelijk in de prostitutie zijn beland. Volgens hem heeft Justitie tot dusverre onvoldoende gedaan om deze meisjes op te sporen.

Gaasbeek stelt in zijn brief dat inmiddels bekend is dat er niet alleen tientallen meisjes uit Nigeria zijn verdwenen, maar ook Guinese meisjes, Indiase en Pakistaanse jongens en Roemeense kinderen. „Er is hier sprake van een enorm groot structureel probleem.” Volgens de advocaat worden de minderjarigen misbruikt voor prostitutie in het buitenland, vele vormen van sekshandel en mogelijk kinderporno.

Gaasbeek vindt dat het ministerie hiertegen actie moet ondernemen, vooral omdat de Europese Unie en het kabinet hebben aangegeven hoge prioriteit te geven aan de bestrijding van mensensmokkel. Volgens hem is de Nederlandse staat op grond van Europese regels verplicht tot actieve hulpverlening aan de slachtoffers van deze praktijken.