Hij maakte donderdag tijdens de behandeling van zijn begroting duidelijk dat in alle gevallen van fraude drie maanden lang de uitkering wordt ingehouden. Dat betekent dat minder rekening wordt gehouden met de omstandigheden van de fraudeur, zoals er nu nog wel eens sprake kan zijn van een coulanceregeling.

De bewindsman stelde dat daarmee de aanpak van fraude wel degelijk nieuw beleid is van het minderheidskabinet van VVD en CDA met gedoogsteun van PVV. Een dag eerder reageerde de oppositie nog met hoon op de inbreng van regeringspartijen en de gedoogpartner over een strengere bijstand bij de begrotingsbehandeling. De aanpak van fraude zou niet afwijken van de huidige praktijk.

Volgens Kamp is de hardere aanpak van uitkeringsfraude nodig om de solidariteit in de samenleving in stand te houden. „Mensen hebben geen zin om belasting te betalen voor mensen die frauderen met uitkeringen”, stelde hij. De aanpak geldt overigens niet alleen voor bijstand, maar voor fraude met alle uitkeringen.

D66-Kamerlid Fatma Koser Kaya stelde dat Kamp wel bij zijn plannen voor een hardere aanpak van uitkeringsfraude de neveneffecten duidelijk moet maken. Nu worden vaak niet direct maandenlang uitkeringen stopgezet, maar wordt bijvoorbeeld een kortingsregeling getroffen, om te voorkomen dat mensen hun huis worden uitgezet en op straat belanden of bijvoorbeeld hun kinderen niet meer kunnen onderhouden.

De minister zegde toe de gevolgen inzichtelijk te maken bij zijn voorstellen voor de fraudeaanpak. „Maar dat zal me niet afhouden van het voornemen om drie maanden te korten”, stelde hij. Volgens Kamp moeten mensen van tevoren bedenken wat de gevolgen zijn als ze fraude plegen. Hij verwacht dat van de harde aanpak een preventieve werking zal uitgaan en dat minder mensen uitkeringsfraude zullen plegen.