Tbs-actie ouders Ede krijgt vervolg
DEN HAAG – De vaste Kamercommissie voor Veiligheid en Justitie gaat met deskundigen overleggen over de straffen voor veroordeelde zedendelinquenten.
De hoorzitting moet duidelijk maken hoe kan worden voorkomen dat daders die het risico lopen opnieuw de fout in te gaan onbehandeld de cel uitgaan. Dat heeft CDA-Tweede Kamerlid Van Toorenburg donderdag desgevraagd gezegd.
Donderdag sprak de commissie met Edenaar Henk Donkersteeg, die in actie kwam na de ontvoering in 2009 van zijn destijds 7-jarige dochter. Een van de twee veroordeelden in deze zaak weigerde zich in het Pieter Baan Centrum te laten observeren en kreeg vervolgens geen tbs opgelegd.
Donkersteeg startte daarop een burgerinitiatief waarin hij onder andere voorstelde bij een bepaalde categorie misdrijven standaard tbs op te leggen. Daarbij ging hij er ten onrechte van uit dat een rechter alleen tbs kan vonnissen als de verdachte meewerkt aan een onderzoek.
Omdat zijn voorstel daarnaast enkele tegenstrijdigheden bevatte, kon de adviescommissie van de Tweede Kamer het niet als burgerinitiatief aanmelden. De vaste Kamercommissie voor Veiligheid en Justitie wilde het voorstel wel als ingekomen brief in behandeling nemen en nodigde Donkersteeg uit voor een gesprek.
Bij de besloten bijeenkomst waren Kamerleden van alle fracties, met uitzondering van GroenLinks, CU en SGP, aanwezig. De SGP vaardigde wel een beleidsmedewerker af.
Het gesprek was bedoeld als „handreiking”, aldus Van Toorenburg en PVV-Kamerlid Helder donderdag na afloop. Van Toorenburg, die de hoorzitting in de komende procedurevergadering van de vaste Kamercommissie zal agenderen: „Deze vader zet zich al in voor een veiliger samenleving, terwijl hij nog volop bezig is zijn afgrijselijke ervaringen te verwerken. Wij hebben daar de grootste waardering voor. Donkersteeg wil voorkomen dat een veroordeelde met een hoog recidiverisico na zijn straf onbehandeld weer naar buiten wandelt. Daarmee heeft hij bij ons allen een snaar geraakt.”
Helder: „Wij konden zijn brief niet als burgerinitiatief behandelen. Maar we wilden niet tegen hem zeggen: Bedankt, dat was het dan.”
Het huidige systeem garandeert onvoldoende dat veroordeelde zedendelinquenten met een stoornis daadwerkelijk worden behandeld, constateerden Donkersteeg en de commissie. Van Toorenburg: „Niet meewerken aan een gedragskundig onderzoek is nu vaak lonend, omdat rechters dat doorgaans honoreren door dan geen tbs op te leggen, hoewel dat juridisch wel kan.”
Een eenvoudige oplossing is niet voorhanden, benadrukken beide Kamerleden. Van Toorenburg: „Alle veroordeelde zedendelinquenten tbs opleggen, gaat niet, bij sommigen is dat overbodig.”
Helder: „Een andere optie, om het PBC-onderzoek dat nu maximaal zeven weken mag duren te verlengen, is ook niet haalbaar. Van een jaar verplichte observatie in afwachting van een strafzaak raakt zelfs een onschuldige burger gestoord.”
Het idee voor een hoorzitting ontstond toen Donkersteeg een derde optie aandroeg: Weigert de verdachte onderzoek, maar heeft de rechter gegronde redenen om aan te nemen dat hij met een stoornis kampt, dan volgt bij een veroordeling een tweeledig vonnis. De rechter legt een celstraf op, waarbij hij aankondigt dat de veroordeelde gedurende het eerste jaar van zijn detentie wordt onderzocht. Blijkt uit dit onderzoek dat de dader behandeld moet worden, dan volgt alsnog tbs.
„We willen nagaan of dit het ei van Columbus zou kunnen zijn”, zegt Helder. Van Toorenburg: „Juridisch is zo’n voorstel natuurlijk volstrekt onhaalbaar, maar de strekking spreekt ons aan. Vandaar het gesprek met deskundigen. Misschien reiken zij ons een constructie aan die wel waterdicht is en hetzelfde beoogt.”
Eén „denkrichting” durft het CDA-Kamerlid alvast te noemen. „Mogelijk kunnen we de bewezenverklaring en de strafoplegging, ook tijdsmatig, uit elkaar halen. Als het gedragskundig onderzoek pas in beeld komt nadat het feit is bewezen, onderwerp je alleen daders er aan, geen verdachten. In dat geval speelt het dus niet, zoals nu, vóór de terechtzitting, maar er na.”
Donkersteeg is positief gestemd. „Omdat de commissie niet voltallig was, moest ze nog een slag om de arm houden, maar ik heb goede hoop dat de Kamer het plan steunt om dit voorstel nader uit te werken.”