„Mensen met waarden zijn lastig”
Traditioneel is 1 mei wereldwijd de Dag van de Arbeid. In ons land viert deze gewoonte geen hoogtij. De PvdA en de SP besteden beiden weinig aandacht aan dit socialistische gebruik. „Als het toch maar een lege huls is, hoeven we deze dag niet in stand te houden.”
Waarden en sociale samenhang. Niet het thema van een bijeenkomst van een rechtse politieke partij, maar onderwerp van discussie tijdens de 1-meiviering van de FNV, Justitia et Pax, het Humanistisch Verbond en enkele andere groeperingen in De Rode Hoed in Amsterdam. „Samenhang is een sleutelwoord in conservatieve politieke gedachten”, zegt P. Kalma, directeur van de Wiardi Beckman Stichting van de PvdA. „Progressieven gaan meer uit van het individu.”
Er zijn nog maar weinig PvdA-kamerleden „die vandaag hun achterban opzoeken”, weet Kalma. „De viering van de eerste mei is in Nederland nooit zo groot geworden als elders”, vult FNV-voorzitter L. de Waal aan. In de ogen van Kalma kunnen de arbeiders deze gewoonte net zo goed afschaffen „als het toch maar een lege huls is. Dan hoeven we de viering niet in stand te houden.”
Geldt hetzelfde voor waarden en normen? Zijn die ook achterhaald? De Leidse hoogleraar politieke theorieën H. van Gunsteren meent van niet. „Met mensen zonder waarden is geen land te bezeilen.” Daar staat tegenover dat degenen die stevig vasthouden aan waarden, lastig zijn. „Neem bijvoorbeeld de gereformeerden en de communisten. Die waren oververtegenwoordigd in het verzet tegen de Duitsers.” Het is volgens Van Gunsteren niet nodig dat iedereen dezelfde waarden nastreeft. „Juist diversiteit bevordert de veerkracht en bloei van een vrije maatschappij.”
Spelen waarden nog een rol bij werkgevers en werknemers? Bij politici in ieder geval wel. „Die hebben er de mond vol van”, zegt De Waal. „Ze blijven echter steken op het niveau van de fatsoensregels.” Bij de hoogste bazen in het bedrijfsleven lijkt de toestand niet veel beter. Aan een belangrijke waarde als solidariteit laten zij zich niets gelegen liggen, zo blijkt uit hun exorbitante zelfverrijking.
De Waal maakt daar graag een kanttekening bij. „De salarissen van de honderd grootste ondernemers zijn bij elkaar slechts een klein deel van onze economie. Eigenlijk is het niet zo’n groot probleem.” Topondernemers voelen zich geen deel van onze samenleving, heeft De Waal hen zelf horen zeggen. „In hun eigen ogen lopen ze juist erg achter bij hun collega’s in het buitenland. Amerikaanse bedrijfsleiders verdienen twee keer zoveel. De Nederlandse topmensen zijn daarom haast slecht af, menen ze zelf.”
„Zakenlui kunnen niet volstaan met allerlei mooie woorden over solidariteit”, vindt J. van der Linden, voorzitter van het Platform voor Economische Gerechtigheid. De belangrijkste uiting van solidariteit -onderlinge saamhorigheid en de bereidheid elkaar te helpen- is volgens Van Gunsteren „de vereniging van arbeiders in de klassenstrijd.”
Die tijd is lang geleden en de sterke saamhorigheid van toen kan inmiddels wel eens een achterhaald begrip zijn. „Solidariteit heeft te maken met een wijgevoel”, legt een spreker tijdens de gezamenlijke discussie uit. „En dat is in onze samenleving gesystematiseerd en gebureaucratiseerd. Iedereen is de gemeenschappelijke band kwijt.”
De Waal ziet dat minder somber in. „Het wijgevoel is nu niet minder dan voorheen. Wel anders van vorm. Vroeger was er geen ziektekostenstelsel en werd de onderlinge band uit nood geboren. Nu betaalt iedereen premie. Soms zijn mensen er boos over dat ze zoveel moeten betalen. Ze hebben niet zoveel meer voor elkaar over. De gevoelswaarde was voorheen, toen mensen de verzekeringen zelf organiseerden, anders.”
Wellicht is er voor het onderwijs een rol weggelegd om kinderen al heel jong solidariteit aan te leren, oppert een aanwezige. Van Gunsteren is het daar niet mee eens. „Kinderen gaan naar school om te leren rekenen en schrijven en niet om over zaken te praten waar volwassenen problemen mee hebben.”
De discussiërende, meest oudere deelnemers aan de conferentie kunnen het moeilijk eens worden over de problemen rond solidariteit. Toch vindt bijna iedereen dat saamhorigheid meer betekent dan mensen die het moeilijk hebben te benaderen als zielige personen. „Je moet hen weerbaar maken tegen hun problemen”, stelt een spreker. „Het is de uitdaging om mensen zelfstandiger te maken.”
Alleen praten over waarden is niet voldoende. „Laten we de wereld verbeteren en bij onszelf beginnen. Help eens een ander.”