De 95 stellingen
Ik was op weg naar school. Ik hoorde gefluit van ver boven me, maar ik luisterde er niet naar. Ik was met hele andere dingen bezig zoals het tegenwoordige nieuws dat Maarten Luther de 95 stellingen aan de deur had geslagen. Vader en moeder hadden het maar over schande en dat een normale burger zoiets nooit mocht doen. Ik dacht bij mijzelf nee dat zou een normale burger zeker niet mogen doen, dat zou hij toch ook niet zomaar gedaan hebben. Nu moest ik er niet meer over nadenken want het was erg mooi weer en dan die vogels, ik vond het altijd zo mooi.
Toen ik op school kwam, stond daar Jan mijn vriend al op mij te wachten. Hij rende gelijk naar mij toe en begon in geuren en kleuren te vertellen over Luther die de 95 stellingen aan de slotkapel in Wittenberg had geslagen. En hij vertelde dat zijn vader en moeder het zo goed van Luther vonden en daar was Jan het ook helemaal mee eens dat zag je wel aan zijn gezicht. Ik dacht bij mezelf: laat ik mijn mond maar houden, want hij is voor Luther, en vader en moeder, ja waarom is het nou toch zo vreselijk van die Maarten Luther?
Langzaam liep ik uit school naar huis. Meer kinderen hadden het over Luther gehad. De ene vond het heel erg en de anderen vond het heel stoer van Luther dat hij zoiets durfde. Maar wat er nou op dat blad stond met die 95 stellingen en wat het nou eigenlijk was dat wist niemand. Zou ik het gewoon vragen aan vader en moeder. Ik moet het toch eigenlijk wel weten. Weet je wat ik doe, dacht ik bij mezelf, ik vertel gewoon thuis dat iedereen het over Luther vandaag had en dan vertellen vader en moeder het misschien wel.
Toen ik thuis kwam praatte iedereen door elkaar. De ene had een verhaal gehoord dat het helemaal niet waar was dat Luther de 95 stellingen aan de slotkapel had geslagen en de andere vond het heel spannend dat er eindelijk wat te beleven was. Nou, dat wordt dan eerst maar huiswerk maken en als moeder daarna even tijd voor mij had dat zou even fijn zijn.
Die middag kwam er niks van terecht maar ’s avonds aan tafel ging vader vertellen waarom Luther de 95 stellingen aan de slotkapel had geslagen: Luther was tegen de aflaathandel en wij dachten alleen maar dat je uit goede werken zalig kan worden. We luisterden allemaal stil naar vader, maar toen hij klaar was ging iedereen door elkaar praten. Daarmee had vader volgens hem alles uitgelegd over de 95 stellingen. De volgende dag was de rust weer helemaal teruggekeerd en niemand praatte er meer over.
Het was in het jaar 1521, negen jaar later. Het was koud buiten en ik stond met vrienden op Luther te wachten. Ik was in de tussentijd getrouwd en was protestants geworden waarna mijn vader en moeder mij zijn gevolgd. Ik was in die jaren vriend geworden met Luther en zo kwam het dat ik hier nu stond. Eigenlijk hadden wij Luther niet moeten laten gaan, zei ik tegen mijn vrienden, dit loopt nooit goed af. Nee, zei een ander, maar Luther wou het zelf, we moeten afwachten. Jan, die naast me stond, zei zacht: de Heere zal hem bewaren. Op dat moment dat ik en mijn vrienden daar stonden te wachten zei Luther: „Hier sta ik, ik kan niet anders. God helpe mij.” Luther werd vogelvrij verklaard iedereen mocht hem doden en niemand mocht hem onderdak geven. Daarmee was de rijksvergadering afgelopen.
Wij stonden stil te wachten. We hoorden al mensen langs komen die op de rijksdag waren geweest. Nu moesten we snel zijn. We sleurden hem mee als echte ontvoerders en zo kwam hij veilig aan op het kasteel De Wartburg.
