Binnenland

Australiër hekelt Nederlandse militairen

SYDNEY – Nederlandse Apache-helikopters durfden niet te helpen toen Australische en Amerikaanse militairen in Afghanistan zwaar onder vuur lagen van een Taliban-hinderlaag. Dat beschrijft een Australische militair van de Special Forces in een boek dat volgende week uitkomt.

Redactie digitale media
22 October 2010 07:30Gewijzigd op 14 November 2020 12:14
Foto ANP
Foto ANP

„Ze wilden niet het vuur openen op de Taliban, uit vrees dat ze zelf wat kogels zouden moeten incasseren”, schrijft ex-militair Rob Maylor in zijn boek SAS Sniper, meldde de Australische krant Daily Telegraph vrijdag. Bij het gevecht stierf een Amerikaanse soldaat en raakten zeven Australische SAS-militairen zwaargewond. Maylor liep ernstige granaatwonden op.

De toevallig voorbijvliegende Nederlandse Apachepiloten waren gevraagd te helpen met hun Hellfire lasergeleide raketten en 30 mm-kanonnen. De coalitietroepen vochten naar eigen zeggen voor hun leven nabij het dorp Khaz Uruzgan „We hebben jullie hulp nodig, want er vallen hier doden”, meldden de Australiërs via de radio aan de Nederlandse piloten. De Nederlanders kregen de coördinaten van de doelen die ze moesten beschieten.

Maar de Apaches weigerden, omdat ze dan zouden moeten dalen onder de veilige hoogte van vijfduizend voet. Dit tot verbazing van de Australiër, omdat de bepantserde Apaches volgens hem juist zijn ontworpen voor gevechten met zware beschietingen op lage hoogtes. „Ze hebben strenge regels voor gevechten, maar we hadden alle hulp nodig die we konden krijgen”, zegt hij. „Ik dacht echt dat we het er niet levend vanaf zouden brengen. Als de slechteriken nog iets dichterbij waren gekomen, zou het voor ons afgelopen zijn geweest.”

Uiteindelijk schoten twee Amerikaanse gevechtstoestellen te hulp vanaf een vliegdekschip in de Arabische Golf. Met twee zware bommen en kanonvuur beslechtten ze het gevecht in hun voordeel.

Het ministerie van Defensie weerspreekt de beschuldigingen. De versie zoals ex-militair Rob Maylor die in zijn boek SAS Sniper opschreef, wordt door geen van de Nederlandse betrokkenen herkend, aldus Defensie.

Defensie stelt dat uit gesprekken met direct betrokkenen en uit documenten is vastgesteld dat de Nederlandse helikopters die dag vier keer bij het incident zijn ingezet.

Drie keer begeleidde één Nederlandse Apache een medische evacuatie door een andere helikopter. „De prioriteit van de Apache helikopter ligt dan bij het veilig ophalen van gewonden, niet bij het gevecht op de grond”, aldus Defensie. Op een later moment is tijdens het gevecht door de Australiërs daadwerkelijk luchtsteun aangevraagd, maar het ‘vuurcontact’ was al voorbij toen de Nederlandse Apache arriveerde. Op dat moment bleken Taliban en ISAF-militairen meerdere kilometers uit elkaar te liggen en vroegen de militairen op de grond niet om wapeninzet.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer