Moord Posbank mogelijk chantage
De 44-jarige man uit Drempt die op 20 januari op de Posbank bij Rheden om het leven is gebracht, is mogelijk enige tijd slachtoffer geweest van afpersing of bedreiging. De chantage zou betrekking hebben op iets wat in de jeugd van het slachtoffer is gebeurd.
Dat heeft een woordvoerder van het rechercheteam, dat nog steeds met twintig mensen aan de zaak werkt, woensdag gezegd. Volgens de woordvoerder weet de politie zelf ook nog niet wat er precies in de jeugdjaren van de vermoorde man zou zijn gebeurd. Ook is niet duidelijk wie hem heeft afgeperst en of die chantage in verband staat met de gewelddadige dood. De politie heeft al ongeveer 600 getuigen gehoord, zegt de woordvoerder.
De man maakte op 20 januari zijn dagelijkse trimrondje over de Posbank. Toen hij op de afgesproken tijd niet thuiskwam, belde zijn vrouw de politie. Die kamde zonder resultaat het hele natuurgebied uit. Een dag later bleek dat de Brabantse politie al dezelfde avond bij Erp een uitgebrande auto met daarin het verkoolde lichaam van de Dremptenaar had gevonden. De man was op de Posbank om het leven gebracht en vermoedelijk door de dader of daders in zijn eigen auto naar de bossen bij Erp gereden.
Volgens de politie leidde de Dremptenaar een onberispelijk leven. Hij onderhield geen criminele contacten. Ook nu verschillende getuigen iets hebben verklaard over mogelijke afpersing wil dat volgens de politiewoordvoerder nog niet zeggen dat de man crimineel was of is geweest.