Erfenis zure regen nekt vennen
NIJMEGEN – De vennen, die vooral in Zuid-Nederland te vinden zijn, zijn nog lang niet hersteld van de schade die de zure regen heeft aangericht. Zure regen komt door tal van milieumaatregelen niet meer voor, maar op de bodem van vennen ligt nog altijd een dikke, met zware metalen verontreinigde plantenlaag die nu pas begint te verteren.
Ingrepen zoals uitbaggeren van de vennen zullen dan ook nog jarenlang nodig zijn, aldus dinsdag onderzoekers van de Radboud Universiteit in Nijmegen, de stichting voor natuurherstel Bargerveen en een onderzoeksinstituut uit Amsterdam.
De groep onderzoekers heeft met subsidie van het ministerie van VROM de waterkwaliteit van 68 vennen in Nederland onderzocht tussen 1978 en 2007.
Ze constateren dat het water veel schoner is geworden van samenstelling, maar dat de vennen toch troebel blijven door de composterende bodemlaag. Pas als het water weer helder is, keren de unieke flora en fauna rond een ven terug, zo stellen de onderzoekers.
Zure regen was in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw een groot milieuprobleem. Door luchtverontreiniging kwamen met een regenbui grote hoeveelheden stikstof, zwavel en aluminium naar beneden. Bodem en oppervlaktewateren raakten daardoor vervuild. Dat probleem is het laatste decennium succesvol aangepakt, zeggen de onderzoekers, want de chemische samenstelling van het water is dankzij de milieumaatregelen weer veel beter.
De verzuring van het water zorgde er echter ook voor dat plantenresten in het water niet konden verteren. Dat proces is pas weer op gang gekomen toen de zuurgraad van het water verbeterde. Nu liggen er nog forse hoeveelheden vervuilde planten op de vennenbodems. Herstel langs natuurlijke weg zal nog heel lang gaan duren, aldus de Nijmeegse onderzoekers. Daarom is hulp in de vorm van het uitbaggeren van vennen een geschikt middel, zo adviseren de wetenschappers.
Natuurliefhebbers maken vaak bezwaar tegen een baggerplan, omdat de zware machines de omgeving van het ven aantasten.