Schuilplek voor Joden kostte boerin het leven
SLIEDRECHT – De Duitse SD pakte in 1942 de Achterbergse boerin Sophia van Veldhoven op. „We hadden onderduikers verborgen”, vertelt dochter Dirkje Puyk. Postuum kreeg haar moeder dinsdagmiddag daarvoor alsnog een onderscheiding.
De geschiedenis van moed en verraad werd vanmiddag verteld in de Dijksynagoge in Sliedrecht, waar voorzitter Joop Levy van Yad Vashem Nederland postuum de onderscheiding ”rechtvaardigen onder de volkeren” uitreikte aan Sophia van Veldhoven en haar man Gregorius.
Dochter Dirkje Puyk nam de onderscheiding vanmiddag in plaats van haar overleden ouders in ontvangst. „Moeder werd in 1944 vergast in kamp Ravensbrück. Ondanks het wegvoeren van mijn moeder is mijn vader doogegaan met het verstoppen van onderduikers.” Ze vertelde dat haar ouders het leven van vele Joden hebben gered, onder wie dat van de 12-jarige Joodse jongen Jack de Lange.
Deze jongen zat in de oorlog tevens ondergedoken bij het echtpaar Marinus Spronk en Johanna Spronk-van Angeren. Ook dit echtpaar werd vanmiddag postuum geëerd.
Dochter Mathilde van der Winkel-Spronk, die de onderscheiding voor haar ouders in ontvangst nam, vertelde: „Mijn vader, zo bleek na de oorlog, was belangrijk in het Nederlands verzet.”
Het echtpaar ving behalve Jack de Lange talloze andere Joodse onderduikers op voor korte of langere tijd. Bovendien bracht Marinus beschoten Britse en Amerikaanse piloten, mariniers en soldaten in veiligheid. Hij werd echter verraden en in januari 1944 gefusilleerd.