Verlies WK voetbal 2018 kan oplopen tot ruim 1 miljard
APELDOORN – Wereldvoetbalbond FIFA stelt extreme eisen aan de organisatie van het WK voetbal in 2018 of 2022, maar de Nederlandse regering trekt klakkeloos de portemonnee. Sowieso schiet Nederland erbij in, en in het ergste geval zelfs niet minder dan ruim 1 miljard euro.
De tweede plaats voor het Nederlands elftal tijdens het afgelopen WK voetbal in Zuid-Afrika heeft voetbalminnend Nederland in extase gebracht. Opgetogenheid heerst onder politici, lobbyisten en (oud-)profvoetballers, want ons land heeft zich in de kijker gespeeld bij de FIFA. Dat komt niet slecht uit, omdat Nederland, samen met buurland België, het WK in 2018 of 2022 wil organiseren.
RTL Nieuws publiceerde donderdag saillante details over de kosten die Nederland zich voor dat doel getroost. Om de organisatie voor het WK binnen te halen, garandeert Nederland dat de FIFA, zijn bobo’s en aan de wereldvoetbalbond gelieerde organisaties geen cent btw behoeven af te dragen. Dat betekent dat een official voor een hotelkamer van 250 euro maar 200 euro hoeft te betalen. Ook voor inkopen bij een supermarkt of tankstation hoeft geen btw betaald te worden. Bovendien zijn de voetbalfunctionarissen gevrijwaard van elke lokale belasting.
Over de winst die aan de FIFA verbonden buitenlandse ondernemingen tijdens het WK in Nederland opstrijken, hoeft geen cent belasting te worden betaald. De fiscus loopt daardoor zeker 300 miljoen euro mis. Daarnaast moet voor 900 miljoen in stadions worden geïnvesteerd en moet Nederland opdraaien voor de beveiligingskosten, ten minste 200 miljoen euro.
Bovendien gaat er nog zo’n half miljard naar de aanleg van extra wegen en stations.
Daar staat tegenover dat uit onderzoek door SEO Economisch Onderzoek blijkt dat Nederland geen cent aan het WK gaat verdienen. In het gunstigste geval is er een verlies van 150 miljoen euro te betreuren, in het ergste scenario blijft Nederland met een schuld van ruim 1 miljard euro zitten.
Voorstanders van een groot sportevenement in Nederland wijzen vaak op de extra inkomsten door toerisme. Maar of dat echt zo is, is nog maar de vraag. Sommige supporters zouden zonder WK ook naar Nederland zijn gekomen als toerist.
Bovendien schrikt een WK sommige buitenlanders juist af. Zo telde Frankrijk tijdens het WK voetbal in 1998 een half miljoen voetbalfans in Parijs, maar door de drukte bleven ruim een miljoen toeristen weg. Het Paleis van Versailles trok 10 procent minder bezoek; het Musée d’Orsay 15 procent.
Ook van andere grote sportevenementen in Nederland is bewezen dat de opbrengst vooraf veel te positief was ingeschat.
Daarbij valt te denken aan drie grote wielerrondes die het afgelopen jaar in Nederland startten. Meest recente is de start van de Ronde van Frankrijk in Rotterdam, begin deze maand.
De projectdirecteur erkende recent in een tv-uitzending van EenVandaag niet exact zicht te hebben op de baten voor Rotterdam.
„We hopen op subsidies van bijvoorbeeld het ministerie en op bestedingen in lokale horeca”, zo zei hij. Er was kennelijk onzekerheid over de opbrengst, terwijl de start van de wielerronde gewoon doorging.
Hij had zijn oor te luisteren kunnen leggen in de stad Groningen, die in 2002 na de start van de Ronde van Italië met een verlies van 400.000 euro bleef zitten, terwijl vooraf was uitgegaan van een hoge opbrengst. Of in Amsterdam, dat eerder dit jaar het decor was voor de start van de Ronde van Italië.
Vooraf sprak de wethouder over een winst voor de stad die vijf keer hoger zou liggen dan de kosten van 5 miljoen euro. Tot op heden is echter alleen zeker dat de kosten met een miljoen zijn overschreden.