Vrijdag liep het ultimatum af dat de vakbonden aan de werkgevers hadden gesteld. De bonden willen dat de werkgevers tegemoetkomen aan hun cao-eisen. Op het gebied van loonsverhoging hebben beide partijen elkaar echter nog niet gevonden. De vakbonden willen behoud van koopkracht, wat neerkomt op 1,5 procent loonsverhoging in een eenjarige cao. De werkgevers bieden echter 1 procent loonsverhoging per jaar.

De acties zijn voorlopig zeer klein van aard, zei een onderhandelaar van de vakbond. „De patiënt zal er geen last van hebben.” Zo gaan medewerkers in de zorg bijvoorbeeld handtekeningenacties houden. De bond heeft voorlopig geen regionale of landelijke demonstraties in petto.

Werkgeversorganisaties ActiZ en BTN zaten lange tijd op de nullijn, maar verhoogden begin deze maand hun loonbod naar twee keer 1 procent in een tweejarige cao. Daarnaast bieden zij een extra eenmalige uitkering van 0,4 procent dit jaar en 0,25 procent van het jaarsalaris voor volgend jaar. „Dat is ontoereikend”, vindt Van der Hoorn.

De werkgevers hebben ook voorgesteld het systeem van de leeftijdsuren te veranderen. Volgens Van der Hoorn willen zij via deze omweg de kosten van de loonsverhoging verhalen op de werknemers. Een woordvoerder van ActiZ zei echter dat dit totaal niet aan de orde is. Hij hoopt dat de partijen snel weer om de tafel gaan om de onderhandelingen voort te zetten.

De nieuwe cao moet gelden voor 400.000 werknemers in de verpleeghuizen, verzorgingshuizen, thuiszorg en de kraamzorg.