Arts meldt mishandeling kind vaker
UTRECHT – Kindermishandeling wordt vaker door politie en medisch personeel gemeld. Dat constateert het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) van Bureau Jeugdzorg.
Procentueel neemt het aantal meldingen uit de beroepsomgeving toe, zo maakte de organisatie donderdag bekend. In 2006 betrof dit nog ongeveer twee derde van de meldingen, in 2009 was dit bijna driekwart.
De meeste beroepsmatige meldingen kwamen van de politie, namelijk 27,5 procent. Dit aandeel is vrij stabiel gebleven sinds 2006. Het percentage meldingen uit ziekenhuizen is sinds 2006 echter verdubbeld.
Het aantal telefoontjes met vragen over en meldingen van kindermishandeling steeg het afgelopen jaar met 18 procent ten opzichte van 2008, zo registreerde het AMK. In 2009 verwerkte het meldpunt 59.439 telefoontjes van mensen die kindermishandeling vermoedden.
Het aantal van deze zogeheten eerste contacten na een melding van kindermishandeling is in vier jaar tijd met 75 procent gestegen. Zodra de AMK-medewerker in overleg met de beller besluit dat een onderzoek nodig lijkt, is er sprake van een melding van kindermishandeling. De meldingen komen zowel van personen uit de eigen omgeving van het kind als van beroepsmatige melders, zoals bijvoorbeeld een huisarts.
Als mogelijke verklaring stelt het AMK dat ziekenhuizen, gezondheidsmedewerkers en het onderwijs steeds vaker gebruikmaken van de kennis en de deskundigheid van AMK-medewerkers. Naast een toename in adviezen registreerde het meldpunt het afgelopen jaar een stijging van 13 procent in het aantal consulten en kreeg het 3 procent meer meldingen van kindermishandeling in vergelijking met 2008.
In het overgrote deel van de gevallen waarin het AMK kindermishandeling heeft vastgesteld, wordt de mishandeling beëindigd en wordt vrijwillige hulp in gang gezet of voortgezet, zo meldt de organisatie.
Doordat gezinnen veelal in een vroeg stadium meewerken aan een vrijwillig hulptraject op initiatief van het AMK, is het aantal verzoeken van het meldpunt aan de Raad voor de Kinderbescherming, bijvoorbeeld voor een ondertoezichtstelling, afgenomen met 15 procent.