Visser (25), opgegroeid in de Gereformeerde Gemeenten, „van God los” geweest en nu aangesloten bij een baptistengemeente, deed zaterdag zijn verhaal tijdens een bijeenkomst van de Kom Ook-groep in Houten, over het thema ”Koning voetbal of koning Jezus?”. Zijn ommekeer betekent voor Visser niet dat hij niets meer van het WK moet hebben. „Als we naar een wedstrijd kijken, zijn er vaak kansen om over diepere dingen te praten.”

Visser debatteerde met Arnoud Proos (25, jeugdwerkleider bij de JBGG), Garth Bouman (24, gymdocent aan het Driestar College) en ds. A. L. van Zwet (50, hervormd predikant in Woudenberg) over welke plaats voetbal in het leven van een christen kan innemen.

Visser kijkt naar de wedstrijden, Bouman ook. De laatste doet dat met zijn jeugdvereniging in Strijen. „Het is absoluut zeker dat de jongeren gaan kijken. Wij willen hun een plaats bieden waar dat veilig kan, zonder gevloek en alcohol.”

Ds. Van Zwet is het daar niet mee eens. „Ik denk dat de kerk in dit soort dingen niet voor moet gaan. Het bederf van het beste is het slechtste.”

Proos: „Je kúnt niet concurreren met de wereld. Het argument is: dan blijven ze in elk geval uit de kroeg. Maar je hebt de taak om over het hemelse na te denken. Als je dat niet meer doet, zeg ik: Trek dan de stekker eruit en ga naar huis.”

Tijd voor vragen vanuit de zaal. Een jongen steekt zijn hand op. „Het gaat vanavond veel over koning voetbal, maar ik mis koning Jezus.” „Over Hem praten we inderdaad vaak te moeilijk”, zegt Proos. Visser: „Jezus staat absoluut bovenaan. In het begin, aan het eind en in het midden van de dag.” Hij stopt, geëmotioneerd. Ds. Van Zwet haakt erop in: „Ik kan niet meer terug achter Hem. Dat is het geheim van een christen. Die heeft de overwinning niet vóór, maar achter zich.”