C&A-familie koopt Ballast Nedam niet
Het leek erop dat beleggingsmaatschappij Egeria van de C&A-familie Brenninkmeijer het Nederlandse deel van bouwbedrijf Ballast Nedam zou overnemen.
dinsdag kwam echter de mededeling dat de overeenkomst niet doorgaat. Het overleg is stukgelopen op de prijs.
Volgens een woordvoerster van Ballast Nedam gaat het noodlijdende concern op eigen kracht verder. Er wordt met niemand meer gesproken over overname. In februari kwam het bericht dat de twee bedrijven op hoofdpunten al overeenstemming hadden bereikt. Het bod van Egeria dateert van 7 februari.
Het noodlijdende bouwbedrijf kondigde twee weken daarvoor aan zijn activiteiten te splitsen in een Nederlandse en een buitenlandse tak. De Nederlandse divisie is volgens Ballast Nedam gezond en heeft een goede marktpositie. Door deze activiteiten te scheiden van de kwakkelende internationale divisie, zou de Nederlandse poot kunnen blijven voortbestaan.
Egeria wilde niet betalen wat Ballast Nedam eiste. „Wij wilden een bepaalde prijs”, aldus een woordvoerster. „Zonder die prijs geen overeenkomst. We gaan nu op eigen kracht verder.”
Beide bedrijven willen niets zeggen over de overnameprijs. Er circuleerden bedragen die uiteenlopen van 70 miljoen tot 200 miljoen euro. Het onderdeel is goed voor een jaaromzet van 1,1 miljard euro.
De resterende omzet van Ballast Nedam over 2002 was 1,2 miljard en kwam voor bijna de helft uit het Verenigd Koninkrijk, uit de internationale projecten en uit het inmiddels verkochte belang in baggerbedrijf Ballast Ham Dredging. Vorig jaar besloot Ballast Nedam zich terug te trekken uit de risicovolle en structureel verliesgevende internationale markt. Dat heeft geleid tot forse saneringen.
Het Verenigd Koninkrijk en internationaal boekten beide forse verliezen, Nederland winst en van de verkoop van het baggerbelang bleef een boekwinst over van 60 miljoen. Dat leidde samen tot een nettoverlies van 143 miljoen, nadat over 2001 nog een verlies van 50 miljoen in de boeken kwam.