Interview met Ruben verdeelt mediadeskundigen
AMSTERDAM (ANP) – Het omstreden telefoongesprek dat een journalist van De Telegraaf ’onverwachts’ voerde met Ruben, het jongetje dat als enige de vliegtuigcrash in Tripoli overleefde, leidt tot gemengde reacties bij mediadeskundigen. De een noemt de publicatie knap werk, de ander oneerbiedig.
Anne van der Meiden, theoloog en oud–hoogleraar communicatiewetenschappen: „De morele grenzen van media zijn aan het verschuiven en als ethicus zeg ik dat dit een natuurlijk en niet te stoppen proces is. Journalisten moeten zich bij zo’n verschrikkelijke ramp wel afvragen of het niet beter is op eerbiedige afstand te blijven. Het burgerlijk fatsoen gebiedt ze ernstige terughoudendheid te betrachten.De Telegraaf had geduld moeten hebben en nam nu genoegen met een snel, maar half en onvolledig verhaal. Ik wacht liever tot het kind zelf met zijn verhaal naar buiten komt. Media laten zich leiden door financieel gewin, want foto’s en tv–beelden van Ruben zijn natuurlijk big business. Het ging de journalist van De Telegraaf om de primeur, maar wat is de ethische waarde van deze primeur? Waarom niet 48 uur gewacht?"
Henri Beunders, hoogleraar media en cultuur aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam: „Het is knappe journalistiek om een ziekenhuismedewerker te bewegen de telefoon aan het jongetje te geven. Het zit misschien op het randje, maar schandalig zou ik het niet noemen. Wat mij betreft had het gesprek niet in de krant gehoeven. Een journalist heeft niet de plicht alles te publiceren en in dit geval leverde het gesprek geen nieuws op. Het was een ander verhaal geweest als Ruben bijvoorbeeld had gezegd dat hij een gemaskerde man in het vliegtuig had gezien".
Marc Visch, secretaris van de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ): „Moreel velt de NVJ nooit oordelen over publicaties. Daarvoor is de Raad voor de Journalistiek in het leven geroepen, waar de familie van Ruben een klacht kan indienen. Elke journalist dient zijn eigen afweging te maken en de belangen van de jongen af te wegen.
Voor het uitzenden van beelden van Ruben geldt hetzelfde. Het onderwerp werd de Nederlandse media nu kant en klaar aangeleverd, maar ze zouden soortgelijke beelden bij een ramp in Nederland nooit zelf maken. En wat is dan eigenlijk het verschil? Met het interview in De Telegraaf is een grens verlegd, dat is een feit. Maar of de nieuwe grens acceptabel is, dat bepalen de krant en de lezers zelf".
Peter Hofstede, mediasocioloog: „Het lijkt mij nogal knap zo’n jongetje aan de lijn te krijgen. Het kan de krant dan ook allerminst verboden worden. Maar moraliserende woorden hierover klinken mij nogal hol in de oren. De beelden van het jongetje liggen voor het oprapen, journalisten hoeven er nauwelijks voor te bukken. Ik neem de media dan ook niets kwalijk. Leed is natuurlijk een privékwestie, maar via media kunnen we ook verdriet delen. Sommige nabestaanden kiezen er bewust voor om hun gevoelens van rouw via de media met het publiek te delen. De media dienen dan ook niet bestraffend te worden toegesproken".