Joden boos om uitingen Van der Laan
De Joodse Gemeente Amsterdam (NIHS) stoort zich aan een opmerking over de Jodenvervolging van oud-minister Van der Laan. Dat heeft de Joodse Gemeente maandag laten weten.
Van der Laan betoogde op 4 mei in zijn toespraak in het Haagse perscentrum Nieuwspoort dat meer onderzoek nodig is naar de rol van de Nederlanders tijdens de Jodenvervolging. Dit onderzoek zou volgens Van der Laan, die kandidaat is voor het burgemeesterschap in Amsterdam, moeten aantonen dat het niet past om Nederlanders te betichten van een „slappe houding” tijdens de Tweede Wereldoorlog.In zijn rede stelde Van der Laan dat het verwijt van een slappe houding kan worden opgevat als een „veroordeling” van de Nederlanders. De voormalige advocaat vindt dat dit verwijt dan wel eerst bewezen moet worden.
Hij sprak het vermoeden uit dat de Nederlanders waarschijnlijk „net zo flink of net zo slap waren” als de mensen in andere landen. Hij suggereerde dat meer historisch onderzoek nodig is naar deze houding en dat we in afwachting daarvan „ons oordeel opschorten.” Van der Laan sprak wel zijn afschuw uit over de collaboratie.
Het NIHS noemt de woorden van Van der Laan „stuitend en niet juist.” Volgens de raad gaat de oud-minister voorbij aan de geschiedenis. Bovendien toont hij weinig empathie voor de Joden en maakt hij zich daarom bij voorbaat ongeschikt voor het burgemeesterschap.